Toen ik de knoop doorhakte om te gaan schrijven, had ik nooit verwacht dat ik schrijven leuk zou gaan vinden. De reden dat ik ging schrijven is omdat ik mijn verhaal wilde delen. Laten zien dat er meer mensen zijn die hetzelfde mee hebben gemaakt als jij, de lezer. Je bent niet alleen en met een beetje hulp kan je straks weer de hele wereld aan.

Niet altijd over rozen

Ervaringen delen, zowel positief als negatief, werd steeds leuker. Misschien een verkeerd woord voor de negatieve dingen, maar het werd ook een uitlaatklep. Dus het werd fijn om te doen. Ja, natuurlijk heb ik af en toe moeten bikkelen om iets op papier te krijgen. De juiste woorden kwamen niet, ik wist echt niet welk onderwerp ik moest kiezen of de tijd werd krap. Maar als het dan uiteindelijk op papier stond en ik zag hem online staan, was ik toch weer trots dat de volgende gelezen kon worden.

Trouwe lezers

Ook zoiets waar ik trots op ben. Een groep mensen die me trouw hebben gevolgd. En om even wat cijfers te geven:

  • 13 trouwe lezers in mijn directe omgeving. Iedere blog die online ging stuurde ik door, en deze werd dan ook binnen een dag gelezen en beantwoord.
  • 46 blogs zijn er verschenen, dit is nummer 47. Nooit verwacht dit getal te halen!
  • Zo’n 80 uur aan schrijfwerk zit erin. Vooral de eerst 4 blogs waren zwaar om neer te zetten, maar hé, ze staan er. En hoe!
  • 49 muzieknummers uitgezocht om erbij te zetten. 2 keer kon ik niet kiezen, dus ja, 2 nummers extra!
  • 46 weken therapie vrij, deze moet zeker in het rijtje. Trots dat ik het nu alleen kan. Uiteraard met hulp, maar die kan ik nu zelf vragen.

Toekomst

Die zie ik positief in! Ik heb nog mijn slechte dagen, dat ik niets wil doen en het liefst in bed lig. Ik heb nog mijn huilbuien en word boos als ik weer zo’n vreselijke pijn heb in mijn rug. Maar zelfs dan vergeet ik niet waar ik nu sta. En dat is heel belangrijk om in je hoofd te houden. Je mág een baaldag hebben en je moet je daar helemaal niets van aantrekken. Morgen weer een dag!

Mijn werk is tot nu toe erg goed bevallen. Het is een leuk, enthousiast team. Iedereen wil me iets leren en daardoor voel ik me al redelijk op mijn gemak. Ik vind vanzelf mijn weg daar!

De kerst komt eraan en daar kijk ik vreselijk naar uit. Binnenkort gooien we de woonkamer om en dan kan de boom weer uit de doos! Het duurt even voor die staat, maar als het dan eenmaal af is weet ik weer waarom we het doen.

Noorwegen staat weer in de agenda! De Capri mag weer sneeuwhappen! Zal weer een vermoeiende, maar geweldige week worden. We kijken er vreselijk naar uit!

Vervolgens staat ook nog een week Oostenrijk op de planning. Ook iets waar ik heel erg naar uit kijk! Met familie lekker de bergen in, daar ben ik wel voor te porren!

Bedankt allemaal!

Zal ik nog eens een blog schrijven? Het zou zomaar kunnen! Dan zien jullie deze zeker weer voorbij komen. Alle lezers, zowel trouwe als sporadische lezers, vreselijk bedankt voor alle lieve berichten die ik van jullie mocht ontvangen! Alle steun, herkenning, vrolijke berichten en stevige gesprekken die erop volgden. Het doet me heel veel!

Stiekem word ik er wel een beetje emotioneel van, om dit hoofdstuk af te sluiten. Het bloggen is toch een beetje deel van me geworden. Maar de tijd die het kost, wordt me nu een beetje te veel. Een fulltime baan en school kost veel tijd. En als ik een blog schrijf wil ik wel trots zijn als deze op de website verschijnt. Dus daarom maak ik nu een eind aan mijn reeks, ik wil mijn stukken niet afraffelen.

Het laatste nummer

Voor de laatste blog heb ik gekozen voor Christina Perri – A thousand years. Van dit nummer word ik heel blij. Waarom? Ik heb de liefste man naast me die je je maar kan bedenken. Hij is er voor me als ik hem nodig heb, ook bij de kleine dingen. Mede dankzij hem vond ik de ballen om mijn leven op papier te zetten. En er ook nog eens trots op te kunnen zijn.

Wie weet tot de volgende!

Liefs , Renée x

Yoga. Was ik er maar eerder aan begonnen.

Ik kan mezelf niet kwalijk nemen dat ik dat niet heb gedaan, want ik was daar niet klaar voor. Te confronterend. Yoga leert je namelijk bewust zijn. Bewust zijn van je lichaam en geest. En dat is juist iets wat ik niet wilde. Want als je stil gaat staan dan komt de rotzooi naar boven. En ik verwacht dat ik niet de enige ben die zo denkt, of heeft gedacht. Het is een beetje een Westerse ziekte. Doorgaan, heel erg bezig zijn, hard werken en continue prikkels. Maar wat levert dat op? Juist, onbalans. Onbalans die ergens uiteindelijk zijn tol eist.

Yin en Yang

Dat in beweging zijn is Yang. Wij doen heel veel Yang. Yang is goed en mag er zijn. Alleen, wij gebruiken het teveel en worden er teveel aan blootgesteld. Het altijd maar bezig zijn wordt verheerlijkt. En we stoppen er bijvoorbeeld pijn of angst mee weg.
Yin is rust. Yin en Yang horen bij elkaar. Zij horen in balans te zijn. Helaas zijn wij door het hollen een beetje bang geworden voor Yin. Voor het gevoel wat dat in ons oproept, zoals bijvoorbeeld verveling, schuldgevoel en pijn die er wel zit maar waar geen aandacht aan besteed werd. Maar hoe meer en vaker je aandacht gaat besteden aan Yin, hoe meer ook andere gevoelens aan de orde komen. Gevoelens zoals rust, blijdschap dat je aandacht geeft aan je lichaam en geest, ontspanning en geluk.

Huilen tijdens de les

Nu ik een tijdje bezig ben met pilates en yoga komt het voor dat ik huil tijdens of na een les. Dan huil ik van geluk. Blij dat ik aandacht heb besteed aan mezelf. In alle rust. Ik voel mijn lichaam heel bewust en dat voelt zo fijn. Het is zo belangrijk om even lichaam en geest op een lijn te hebben. Om gedachten te laten gaan en enkel te voelen. Om oké te zijn met alles wat langs komt.
Ik huil soms ook omdat ik op deze manier merk dat ik te vaak mezelf voorbij loop of wegcijfer. Of, dat ik niet doe wat ik eigenlijk wil of voel. Ik zet mezelf te vaak buitenspel. Vind mezelf niet leuk of niet capabel. Dan stop ik voordat ik begonnen ben. Ik vlucht weg van dingen die ik denk niet (meer) te kunnen. Tijd nemen voor jezelf brengt ook dit naar boven.

Yin Yoga

Yin Yoga leert je om te voelen en los te laten. Mee te gaan met wat er is. Ook als het onprettig is. Bij Yin Yoga probeer je voor langere tijd een bepaalde houding vast te houden. Een houding die pijn kan doen. Je strekt namelijk heel erg bepaalde spieren. De houding is meestal oncomfortabel en blijft dat ook wel even. En dan gaat je hoofd zich ermee bemoeien. Je wil stoppen. Je denkt dat je niet meer kan, dat het niet goed kan zijn dat het zo oncomfortabel voelt. Als je gaat vechten tegen dat gevoel dan verlies je. Als je rustig blijft en laat zijn, verandert er iets. En daar begint Yin. Adem. Weet dat je oké bent, dat het goed gaat. Geloof in jezelf en in de heling.
En dan ineens, ver weg, hoor je een stem: “Kom rustig uit je houding terug naar zit”. Nu al? Ik voelde me heerlijk en in rust. En voilà. Je hebt het gedaan! Je hebt het gevecht losgelaten.

Eindelijk kan ik het gevecht loslaten

Ik heb echt het gevoel dat ik iets gevonden heb wat mij kan helpen. Dit wil ik oefenen. Ik wil dit doen. Want wat zou het fijn zijn als ik mezelf beter door een emotionele crisis kan helpen. Dat ik er doorheen kan komen met meer rust, omdat ik geloof dat uiteindelijk deze oncomfortabele status overgaat. Het gevecht loslaten omdat ik geloof in de heling ervan, in balans. Dat ik mee ga met wat ik voel, totdat er weer rust is. Totdat er weer ruimte is voor Yang.

X Bouwke

We worden allemaal geboren met een hechtingsdrang. Zo willen we ons veilig voelen, erop kunnen vertrouwen dat voor ons gezorgd zal worden wanneer dat nodig is. We vertonen dan ook gedrag dat nabijheid, bescherming en zorg uitlokt. Meestal krijgen we dat ook, maar soms gaat er iets mis in dit proces. Zo ook bij mij.

Veilig voelen

Ik voel vaak geen basisveiligheid over wie ik ben en heb niet erg veel vertrouwen in mezelf en de wereld. Deze ervaringen en gevoelens hebben gedrag gecreëerd. Gedrag wat wellicht helemaal niet meer nuttig of nodig is. Maar wat wel een automatisch en grotendeels onbewust proces is geworden.

Onbewust negatief gedrag

Ons gedrag is voor 80 procent onbewust. Zoals fietsen: daar hoeven we niet meer over na te denken, dat doen we gewoon. Er zijn ook heel veel andere gedragingen die onbewust zijn. En dat is maar goed ook, anders kunnen we niet functioneren. Maar helaas zijn er ook negatieve gedragingen die je in het hier en nu tegenhouden of ongelukkig maken. En doordat er bij mij iets mis is gegaan in de hechting, levert dat voor mij onbewuste gedragingen op die niet helpend of ondersteunend zijn.

Maar hoe kom ik dan bij dat onbewuste? En belangrijker, hoe verander ik dit gedrag of hoe raak ik het kwijt?

Begrijpen

Voor mij is het erg nuttig om dingen te begrijpen. Begrijpen betekent niet dat het dan ook meteen te veranderen is, maar het is een begin. Je kunt gericht gaan proberen iets te veranderen en hulp te vragen.

Ik ben, toen ik jong was, erg veel afgewezen. Afgewezen op mijn gevoeligheid, voor mijn emoties. Ik werd niet begrepen en als lastig ervaren door mijn familie. Een plek die veilig moest zijn, was het niet. Later, op school, werd ik gepest. Weer afwijzing. Weer een onveilige plek. Thuis trok ik me terug op mijn kamer en naar de buitenwereld toe ben ik iemand anders gaan spelen. Een rol wel dicht bij mezelf, maar met alleen mijn positieve eigenschappen.

Mijn emoties uiten

Ik werd perfectionistisch op de dingen die ik wel kon. Alles om maar geen last te zijn en uit te blinken op een positieve manier. Onderhuids vocht ik een oorlog tegen mijn negatieve emoties, tegen stress, depressiviteit en zelfhaat. Soms kwam dat eruit. Thuis of in mijn relaties werd ik ontiegelijk boos en verdrietig. Radeloos eigenlijk. En ging ik het gevecht aan. Voor de buitenwereld kon ik ook ontploffen in emoties, maar dan vluchtte ik. Of ik bleef gewoon weg. Kwam nergens meer opdagen en was niet te bereiken. Als ik thuis uitgeraasd was tegen mezelf of iemand anders kwam de leegte. De stilte. Ik was kapot en moest dan uitrusten. Zodat daarna het riedeltje opnieuw kon beginnen.

Gedrag veranderen

Als je onbewust gedrag wil veranderen zul je er bewust mee aan de slag moeten. Goed om te weten is dat er vier onderdelen van gedrag zijn: stimulus (trigger), gedachten, gedrag en resultaat. Laat ik een voorbeeld gebruiken om dit uit te leggen.

Voor mij is een ingewikkeld maar goed voorbeeld de liefde. Liefde is voor mij een trigger. Zowel liefde die ik voor iemand voel als liefde die een ander voor mij voelt. Als ik liefde voel wil ik het behouden en niet kwijtraken. Ik geloof dat ik enkel liefde kan krijgen en behouden als ik leuk ben en blijf. Mijn gedrag is dus zo leuk mogelijk blijven. Resultaat is dat ik dingen onderdruk waar ik negatieve emoties bij voel. Want dat is niet leuk.

Een neerwaartse spiraal

Dit is het begin van een neerwaartse spiraal, omdat ik dan door die onderdrukking vaak erg emotioneel of boos word om dingen waarin niet de kern van het probleem ligt. Door dit gedrag word ik nog banger dat ik niet leuk ben en daarom afgewezen zal worden. De emoties en vermijding worden nog intenser, ik kan niet meer mezelf zijn en leef met name met stress en vermoeidheid. Totdat ik niet meer kan en alles in mijn leven een halt wordt toegeroepen, om te rusten.

Patronen ontwikkelen

Deze patronen zijn te ingewikkeld en te groot om zomaar op te lossen. Maar ik kan wel bedenken wat de trigger, de gedachten, het gedrag en het resultaat zal zijn. En als je dat kan, kun je klein beginnen. Bijvoorbeeld bij het opmerken van gedrag. Als ik enorm boos ben op mezelf en ‘overtrokken’ reageer, dan kan ik mezelf de kans geven om dat op te merken. En dan te bedenken waar dat vandaan komt. Als ik kan erkennen dat ik in een patroon uitgekomen ben, kan ik als volgende stap proberen daar iets anders mee te doen. Per direct mezelf te vergeven bijvoorbeeld en te stoppen met boos zijn. Het doel is natuurlijk om bij de trigger uit te komen en te zorgen dat de gedachten en gedragingen als gevolg van de trigger veranderen. Zodat je resultaat anders wordt. Maar dat is erg groot en kost tijd.

Geduld en hard werken

Voor gedragsverandering is veel geduld nodig. En hulp of steun van anderen. Deze processen zijn zo hardnekkig. Soms heb je echt de analyse van een ander nodig. En een signaal dat je in verkeerde, voor jou niet wenselijke, gedragingen terecht ben gekomen. Ik ga nog altijd naar de psychiater en dat is goed. Hij geeft mij ook een gevoel van veiligheid en ziet mij als heel persoon. Ik voel geen oordeel. En ik voel geduld.
Dit is niet iets wat overwaait of waar je overheen groeit, maar keihard werken. En soms weet ik niet of ik nog wel wil. Dan ben ik moe. En dat is dan maar zo. Twee stappen vooruit, een terug. Wat ik wel weet is dat ik ook hele mooie dingen voel en mooi herinneringen heb. En ook dat ik echt al veel verder ben dan 10 jaar geleden.

Ik zou wat meer innerlijke rust willen creëren. Meer acceptatie over wie ik ben en dat ik mijn hele zelf mag zijn (veiligheid). En vertrouwen dat ik dat kan bereiken. Dat gun ik mezelf, denk ik voorzichtig.

Tijd, we hebben er vaak te weinig van. Geen tijd om te sporten, niet genoeg tijd voor een opdracht van werk, geen tijd om gezond te eten. We geven onszelf geen tijd. Dat leuke shirtje moet nu gekocht worden, die beslissing moet nu gemaakt worden en je moet nu al weten wat je morgen gaat doen. Maar we leven in Nederland gemiddeld 82 jaar, 29.930 dagen. Hoe kunnen we dan in hemelsnaam tijd te kort hebben?!

Niks moet

We weten dat je examen heel belangrijk is, maar is het een ramp als je het over moet doen? Ja, je hebt een opdracht op je werk, maar is het echt zo erg als het wat langer duurt? Haal het ‘moeten’ uit je systeem en kijk naar de mogelijkheden. Wat wil je? Wat kan je?

Prioriteiten

Niets moeten, daar sluit prioriteiten stellen naadloos op aan. Niet alles moet en daarom moet je prioriteiten stellen. Wat ‘moet’ wel? Maak een lijstje met wat jij het belangrijkst vindt. Denk groot: vind jij je gezondheid belangrijker dan die opdracht van je werk?

Bedenktijd

Vaak zijn we zo bang om een belangrijke keuze te maken, dat we een overhaaste keuze maken. We zijn bang om een verkeerde keuze te maken of voor het oordeel van anderen. Jammer, want dat zorgt er juist voor dat je de verkeerde keuzes maakt. Geef jezelf tijd om iets te overdenken.  Wanneer jij geen controle hebt over je gedachten, heb je ook geen controle over wat je doet.

Kansen

Grijp jij de eerste kans die op jouw pad komt? Zonde! Wees niet tevreden met dat wat voldoende is, maar ga voor wat goed voelt. Een slechte relatie, een baan die je niet leuk vindt of de verkeerde opleiding. Stop ermee! Je vindt je droomman of vrouw nog wel, je vindt een baan die bij je past en er zijn nog zoveel andere opleidingen. Neem de tijd, je hebt tijd genoeg!

Controle

Iedereen wil een zekere mate van controle, de een meer dan de ander. Het hebben van controle geeft een fijn en veilig gevoel. Maar sommige dingen kunnen we niet controleren. Maak je alleen zorgen over dat wat je kan controleren en laat de rest gaan.

Our anxiety does not come from thinking about the future, but from wanting to control it. – Kahlil Gibran

NiceDay: Beschrijf wat je vandaag voelt en denkt in je dagboek. Kijk hier een week later nog eens op terug. Voel en denk jij nog hetzelfde?  

De meeste mensen hebben angst voor kleine dingen zoals bijvoorbeeld spinnen of hoogtes. Op het moment dat je dagelijks leven erdoor beïnvloed wordt kan dat betekenen dat je lijdt aan een fobie. Dit merk je wanneer je taken die je normaal deed niet meer goed kan uitvoeren. Bijvoorbeeld: je kan niet meer naar de supermarkt, niet meer de trein nemen of je wil de dierentuin vermijden. Wanneer je dus niet je dagelijks leven kan lijden zoals je graag zou willen, spreken we van een fobie/angststoornis.

Wat is een fobie?

De meeste mensen zijn wel bang voor iets in het leven. Zoals net benoemd is kan dit zich uiten als: bang zijn voor spinnen, hoogtes of openbaar vervoer. Door deze angst vermijd je de situaties waarin je wordt blootgesteld aan hetgeen waar je bang voor bent.

Hoe ontstaat een fobie?

Een fobie kan op verschillende manieren ontstaan, er is nog niet wetenschappelijk bewezen hoe het precies ontstaat. Echter is er wel onderzoek gedaan naar deze verschillende factoren:

Oerangsten

Deze theorie beschrijft dat iedereen beschikt over ‘oerangsten’. Dit zijn angsten die van vroeger uit zijn ontstaan, bijvoorbeeld als kind bang zijn om je ouders uit oog te verliezen. Dit zijn angsten die aangeboren zijn. Deze aangeboren angsten zijn bij sommige mensen te sterk ontwikkeld waardoor het lichaam in situaties bepaalde angstige gevoelens afgeeft wanneer het niet nodig is.

Erfelijke factoren

Uit onderzoek blijkt dat angstige gevoelens erfelijk kunnen zijn. In hoeverre deze erfelijke componenten meespelen is nog niet bekend. Gevoeligheid voor angstige gevoelens kan wel overerfelijk zijn, dit hoeft niet te betekenen dat dit altijd het geval is.

Serotonine

Serotonine is een neurotransmitter in onze hersenen en is betrokken bij dagelijkse bezigheden zoals het reguleren van slaap, honger/dorst en temperatuur. Ook heeft het een invloed op je stemming, te weinig serotonine kan leiden tot depressieve gevoelens.

Medicatie/drugs

Medicatie en drugs kunnen ervoor zorgen dat er minder balans in de hersenen ontstaat. Deze disbalans kan ervoor zorgen dat er angstige en/of paniekerige gevoelens optreden. Ook kan koffie invloed hebben op angstgevoelens, dit wordt veroorzaakt door de cafeïne. Wanneer je te veel cafeïne binnenkrijgt kan je een opgejaagd gevoel krijgen.

NiceDay: samen met je professional kun je het hebben van een angst/fobie bespreken en kan er worden gekeken naar mogelijkheden. Hou wel in je achterhoofd dat het om coaching gaat en niet om een behandeling waardoor je van je fobie af kan komen. Natuurlijk kunnen we wel ondersteuning aanbieden, ook door middel van NiceDay. Bijvoorbeeld door je in je dagboek bij te houden welke gedachten je hebt tijdens die bepaalde situaties.

Volg ons ook op Facebook

Tegenwoordig moet alles leuk zijn. Je baan moet leuk zijn, je vrienden moeten leuk zijn, je kleding, je huis en inrichting moeten leuk zijn. Je vriend of vriendin moet natuurlijk ook heel leuk zijn. Naast je werk moet ook je studie leuk zijn, want waarom zou je het anders doen? Je moet een leuke dag hebben, een leuke tijd, met leuke mensen en in een leuke omgeving, bijvoorbeeld op een leuk terras of een leuk café. Je wil immers een leuk leven hebben. Of niet soms?

Leuk

Het woord ‘leuk’ lijkt zo wel het enige woord dat we nog gebruiken om aan te geven wat we voelen en ervaren. We vinden iets leuk als we het aangenaam vinden, gezellig, knus of warm – wat is het hier leuk! Leuk gebruiken we ook wanneer we iemand aantrekkelijk vinden, hem of haar mooi, charmant, knap of lekker vinden- wat is die leuk! Ook als we iets echt leuk vinden, gebruiken we niet woorden als amusant, enig, geinig, grappig of lollig, olijk, tof of vermakelijk, nee we vinden het gewoon: leuk!

Het is wel lekker duidelijk Het is leuk of het is niet leuk. Zo begrijpen we elkaar. En we doen wat we leuk vinden. Als het niet leuk is, moet je het niet doen. Zo steunen we elkaar. Maar moet het wel allemaal altijd leuk zijn? Is een plaats, persoon, activiteit of situatie alleen maar acceptabel als het leuk is?

Mijn ervaring

Ik betrap mezelf erop dat ik ook heel vaak ‘leuk’ zeg. Het is er ongemerkt ingeslopen en heeft bezit van me genomen. Ik gebruik bijna geen ander woord meer dan ‘leuk’ en bestempel zo mijn gevoelens, stemming en beleving alleen nog maar in termen van leuk en niet leuk. Gaandeweg is mijn leven gereduceerd tot een staat van wel of niet leuk zijn. En als ik op deze manier naar mijn leven kijk, vind ik de meeste dingen niet leuk en dat deprimeert me nogal.

Meer dan leuk

Is er meer dan leuk? Kan iets ook interessant zijn, boeiend, aangrijpend of prikkelend? Kunnen mensen in plaats van leuk niet eerder bijzonder zijn, markant, merkwaardig of wonderlijk? Kunnen we ze in plaats van leuk ook omschrijven als inspirerend, stimulerend, of misschien zelfs lachwekkend? Een activiteit hoeft niet alleen leuk te zijn, maar kan ook opwekkend zijn, bewegend, energiegevend of bezielend. Een plaats kan prachtig zijn, fraai, schitterend of smaakvol. Ook in negatieve zin kun je in plaats van ‘niet leuk’ ook zeggen dat je iets bijvoorbeeld vervelend vindt, akelig, eng of beangstigend. Dat iets naar is, belastend, pijnlijk of energievragend.

Het is niet alleen maar leuk of niet leuk. De wereld en je beleving is veel rijker dan die platte tweedeling. Er zijn duizenden manieren waarop we een plaats, persoon, situatie of activiteit kunnen beleven en met evenzoveel woorden tot uitdrukking brengen.

Angst

Leuk, samen lunchen! Zo was ik een paar dagen geleden op bezoek bij het bedrijf Sense Health – ja, het bedrijf waarvan deze blog onderdeel is. Een aantal bloggers waren uitgenodigd voor een lunch. Dat vind ik niet leuk! Nee, dat vind ik niet, maar zo ervaar ik dat. Sociale activiteiten met vreemden in een vreemde setting vind ik vreselijk. Ik vind het naar om me onzeker te voelen, om niet goed te weten waar ik moet zijn, wat er van me wordt verwacht of hoe ik me moet gedragen. Het triggert mijn trauma’s en maakt me erg onrustig. Dat is niet leuk. Al dagen van te voren ben ik nerveus, slaap slecht en op de dag zelf ga ik half van mijn stokje. Onderweg met de trein loopt de spanning op, het zweet breekt me uit en het liefst maak ik rechtsomkeer, veilig naar huis. Ik weet wel dat ik nergens bang voor hoef te zijn, maar mijn lichaam denkt niet, die voelt alleen maar. Die maakt duidelijk dat ik het niet leuk vind.

Anders kijken

Achteraf viel het, zoals zo vaak, wel weer mee. Zodra ik besefte dat het allemaal niet leuk hoeft te zijn, kwam er ruimte om het anders (en uiteindelijk rijker) te ervaren. Ik werd me ervan bewust dat ondanks dat ik het niet leuk vind, wel als heel zinvol, belangrijk en waardevol heb ervaren. Ik heb kunnen bijdragen aan ontwikkelingen van activiteiten en producten die de kwaliteit van leven van mensen met een kwetsbaarheid kunnen verbeteren. Ondanks de zenuwen en angst heb ik me gewaardeerd gevoeld doordat wat ik zei, serieus werd genomen. Ik vond het niet leuk maar wel goed om erbij te zijn.

Door geregeld tegen mezelf te zeggen dat het niet altijd leuk hoeft te zijn, sta ik meer open voor andere ervaringen zonder de nare en pijnlijke kanten te hoeven ontkennen. Het leven is niet: òf leuk, òf niet leuk, maar kent een veel rijkere scala aan beleving, stemming en waardering.

Huilen zonder emotie, ik weet niet wanneer het begon. Na een tijdje raakte ik het verband kwijt tussen fysiek verdriet en de emotionele staat zelf. Ik hoor haar in m’n gedachten en kijk naar de blauwe vink in de tuin waar ze altijd naar zwaaide en lachte. Ik voel een koud windje op een warme dag, zo’n windje dat haar onzichtbaar liet voelen. Ik huil, krijg een brok in m’n keel en ademhalen wordt zwaarder. Ik voel bloed stromen naar mijn hoofd, druk op mijn voorhoofd en ogen. Ik kan niet meer nadenken en heb een doof gevoel. Ik huil, voel niks dan isolatie. Isolatie van de rest van de wereld, van mijn lichaam, van het leven zelf. Waarom kan ik mijn herinneringen aan haar niet verbinden aan mijn gevoel, ze voelen en ervaren in het hier en nu? Normaal begrijp ik hoe ik me voel. Wanneer en waarom ben ik dit begrip kwijt geraakt?

Leeg

Taal is mijn moeders passie, daar was ze goed in. Desondanks geloof ik dat we nooit woorden nodig hadden om te communiceren, zelfs voordat ze haar spraakvermogen verloor. Ik zat nog op de middelbare school toen ze gediagnosticeerd werd met Frontotemporale Dementie (FTD) en was nog jong toen de eerste symptomen daarvan een invloed op ons leven kreeg. De ziekte vermindert iemands vermogen om woorden te formuleren en begrijpen. Het verandert je sociale en persoonlijke gedrag, manipuleert herinneringen (maar doet deze niet vergeten) en vermindert het vermogen om zelfs de simpelste activiteiten uit te voeren, zoals het strikken van je veters of het gebruik van bestek. FTD corrumpeert de ziel in die mate dat zelfs een moeder compleet apathisch wordt tegenover haar kinderen. Het sloopt iemands waardigheid, met lege blikken en verwarring als gevolg.

Mijn adolescentie vond plaats in een huis waar ziekte overwon. De spanning thuis was om te snijden, vanaf het moment dat je de voordeur open deed. Ik ervoer normale tienerproblemen op school, maar thuis ervoer ik dagelijkse agressie, angst en depressie. Toen ik 21 was verhuisde ik terug naar mijn ouders om voor mijn moeder te zorgen, om een stabiele thuissituatie te creëren voor mijn moeder. Ik leerde om haar te helpen, ondanks mijn woede, ik troostte haar, ondanks dat ik mijn geduld verloor. Zo onzichtbaar mogelijk zijn, zodat ze het gevoel had zelf controle te hebben over haar leven. Liegen en de leugen leven. Beetje bij beetje raakte ik ook de controle over mijn eigen leven kwijt. Ik vergat te lachen, te kletsen en mijn emoties te herkennen en ervaren. Alles werd grijs, leeg, dragelijk.

Jij bent wie ik ben

Ik realiseerde het me pas toen mijn moeder afgelopen oktober overleed. Ondanks haar ziekte, schrokken we ervan haar zo plotseling kwijt te raken. Onverwacht, onverwacht pijnlijk, voor haar, voor ons, en ongelofelijk onmenselijk. Maar het kwijtraken van mijn moeder gaf mij inzicht in de afgelopen jaren met haar. Door haar onverwachte afwezigheid begon ik te verlangen naar mooie, fijne herinneringen met haar. Ze waren daar, ze bestaan nog, en voor de eerste keer realiseerde ik me hoeveel dat voor me betekende. Ondanks alle chaos en verwarring, was ons leven vervuld met liefde. Ik realiseerde me dat ik mijn geluk liet bepalen door mijn moeders geluk, hoe ze veranderde van een vitale vrouw naar een lijdende vrouw, en van een lijdende vrouw naar een herinnering. Ik denk niet dat ik dit in een eerder stadium van mijn leven had kunnen begrijpen. Hartpijn en verlies zijn misschien wel de meest tastbare indicaties van liefde dat het  leven ons geeft. Lopend achter mijn moeders levenloze lichaam, zoals ze het verzorgingstehuis verliet waar ze haar laatste weken had doorgebracht, voelde het alsof ik zelf ben overleden. Laat me niet alleen, dacht ik, laat me niet alleen want ik voel me zo comfortabel bij het leven dat we hebben opgebouwd. Ondanks de pijn en isolatie, we waren samen. Het was ons leven. Ga niet weg, want met jou zijn is wie ik ben.

Vertel je verhaal, aan jezelf

Mijn coach heeft me geholpen om mijn verleden te herstructureren. Herinneringen komen langzaam terug, zodra ik dit toelaat. Ik realiseer me nu dat mijn moeder mijn leven was voor een hele lange periode in mijn leven. Haar geluk was mijn geluk, haar lach, was mijn lach. Echter, haar dood zou niet mijn dood moeten zijn. Het lukt me om te rouwen door te denken aan hoe ze was, wat ze voor me betekende en hoe ons leven mij heeft gevormd. Ik heb mijn moeder verloren toen ze de diagnose kreeg, ik verloor haar toen zij zichzelf verloor, en verloor haar toen ze het leven verloor. Maar heb nooit met dit verlies leren omgaan. Ik heb er nooit de tijd voor genomen, nooit goed over nagedacht. Ik leer mijn zorgen onder ogen te komen zodra ik weer kan genieten van geluk. Na jarenlang mijn gevoelens te onderdrukken, leegheid te verkiezen boven pijn, zal het rouwen om de vrouw die mij het leven gaf mij weer het leven geven.

Uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt  dat vrouwen vaker kampen met psychische problemen dan mannen. In 2014 gaf 14% van de vrouwen aan dat zij kampen met psychische klachten. Bij mannen lag dit percentage op 9%. Om deze reden wordt bijvoorbeeld een depressie vaak bestempeld als een vrouwenziekte. Maar is dit terecht?

‘Niet zo zeuren’

Hoe zou het kunnen komen dat er minder mannen gerapporteerd worden met bijvoorbeeld een depressie? Een verklaring zou kunnen zijn dat mannen zichzelf bepaalde regels hebben opgelegd. Bij veel mannen heersen de gedachten dat ze geen zwakte mogen tonen en dat ze zich niet kwetsbaar op mogen stellen. Veel mannen zijn bovendien bang om hun emoties te uiten en daarom is hulp vragen van buitenaf iets wat zelden gedaan wordt. ‘Niet zeuren, je bent toch geen mietje’ en ‘Gewoon doorgaan, ik zal mij later beter voelen’ zijn gedachten die vaak door het hoofd spoken.

Depressie of hartproblemen?

Vrouwen bezoeken vaker de psycholoog of een maatschappelijk werker dan mannen en daarom is het niet verrassend dat uit de cijfers blijkt dat vrouwen vaker last hebben van psychische klachten. Daarbij is het zo dat vrouwen eerder gediagnosticeerd worden als depressief, terwijl mannen voor dezelfde klachten (bijvoorbeeld hartkloppingen en rusteloosheid) eerder worden doorverwezen naar een hartspecialist. Tot slot gaan mannen en vrouwen anders om met hun klachten. Zo merken vrouwen bepaalde lichamelijke veranderingen sneller op en zoeken ze eerder hulp dan mannen.

Weg met het taboe

Als het gaat over onze mentale gezondheid vinden veel mensen, en vooral mannen, het lastig om professionele hulp in te schakelen. De angst om bestempeld te worden als incompetent en zwak is sterk aanwezig. Hoe doorbreken we dit taboe rondom het hebben van psychische klachten? Maak psychische problematiek bespreekbaar. Ook al is het een grote stap om te maken, probeer er met je omgeving over te praten. Kies een vertrouwenspersoon uit op je werk of uit je vriendenkring. Je zal merken dat er meer begrip voor je zal zijn dan dat je misschien had verwacht. Ook kan je naar de huisarts, hij of zij kan je doorverwijzen naar een GGZ instelling of een psycholoog bij jou in de buurt. Klik hier voor meer informatie.

‘No health without mental health’

NiceDay

heb jij moeite met het bespreken van jouw (sombere) gevoelens met anderen? Plan een NiceDay event in om een gesprek aan te gaan met een vertrouwenspersoon (een vriend of familielid) en probeer jouw situatie bespreekbaar te maken. Schrijf in je NiceDay dagboek hoe dit voor jou was, hoe het is verlopen en wat er beter had kunnen gaan.

Ken je dat? Iemand rijdt naar jouw zin iets te langzaam en ook nog links. Altijd een ergernis. Maar nu wordt je boos en zit je je op te winden in de auto. Of iemand zegt onverwacht iets liefs, biedt je hulp aan, en je barst in huilen uit. Allemaal emoties die ineens daar en groot zijn. Waarom? Omdat je moe bent. Iets wat we allemaal maar al te goed herkennen. Je fysieke en mentale gesteldheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bijzonder goed om te weten. Als signaal en als kompas.

Voor mij en velen met mij, geldt deze connectie extra sterk. Omdat ons hoofd al de neiging heeft om niet de omstandigheden maar onszelf de schuld te geven. Om eerder zwart te zien dan wit. Om perfectionisme en het goed doen te verheerlijken. Wanneer ik moe ben, krijgen de destructieve stemmetjes in mijn hoofd ruimte. Die zorgen voor nerveusheid en spanning. En als ik het niet voor elkaar krijg te rationaliseren, voor blokkades (opgeven, vluchten, niks doen) en misbruik van eten en sport (te veel, te weinig)

Ik ben net, na drie jaar reizen, begonnen met werken en sta de hele dag, ben aan het schoonmaken en ik krijg allemaal nieuwe indrukken. Ik ben dus ontzettend moe. Maar ik wil in de avond eigenlijk nog mijn sociale leven en sport hebben, wat nu natuurlijk niet lukt. Daarbij heb ik ook nog allemaal vrijwilligersdingen lopen, waar ik ja tegen heb gezegd toen ik nog niet werkte. Dat krijg ik nu bijna niet meer voor elkaar. Een fantastische mix om gestrest, teleurgesteld in mezelf en terneergeslagen te raken.

Dus tijd om deze signalen om te zetten in een kompas voor richting en actie. Wat kan ik doen om opnieuw rust en balans te creëren?

Ik moet meteen denken aan de instructie die je in het vliegtuig krijgt om bij een noodgeval eerst het zuurstofmasker bij jezelf op te zetten en dan pas anderen te helpen. Ik zal mezelf dus moeten helpen, klein denken, voordat ik mijn wereld weer vergroot.

Als er iets flink verandert in je situatie/leven kost dat energie en tijd: je hebt er meer van nodig om te zorgen dat je die verandering eigen kan maken. Maar tijd en energie zijn kostbaar en niet onuitputtelijk. Als je dus veel nodig hebt op een bepaald vlak, moet je ergens anders inleveren. Dat klinkt enorm logisch, en toch zijn velen van ons daar niet zo goed in. We willen alle ballen in de lucht houden. Nergens op inleveren. Maar dat is een rare korte termijn strategie. Want, op de lange termijn, raak je uitgeput en wordt de kans steeds groter dat alle ballen op de grond eindigen.

Terug in het vliegtuig. Noodgeval. Het enige dat nu bestaat en telt is het zuurstofmasker. Perfect. Dat lijkt me goed te doen. Dus, nu, in mijn wereld: wat is mijn zuurstofmasker? Wat is mijn prioriteit? Werk. Werk heeft nu prioriteit. Werk gaat zorgen voor inkomen, voor structuur in Nederland, voor landen in hier. Perfect. Dat masker heb ik opgezet. Nu is het de kunst om dit te zien als een goede stap en de tijd te nemen om de zuurstof zijn werk te laten doen. Ik moet mezelf gunnen en toestaan moe te zijn van het wennen aan werk. Ik heb een doel. Als ik langzaam maar zeker weer op kracht kom, kan ik mijn wereld weer vergroten. Ik mag mezelf niet straffen dat ik mijn vrienden minder spreek, dat ik moeite heb met andere ballen in de lucht houden, dat mijn wereld even heel klein is. Dat heeft een doel. En eigenlijk ben ik dan heel goed bezig! Iets wat niet eens in mijn hoofd is opgekomen de laatste tijd. Erg eigenlijk, als je er over nadenkt. Ik doe wat ik moet doen en vind toch dat ik slecht bezig ben.

Nu dat ik weet dat mijn wereld de komende tijd kleiner zal zijn, zijn er een paar praktische tips die ik kan toepassen.

  • Communiceren. Ik heb een prioriteit in mijn leven gesteld en daar heb ik tijd voor nodig. Dat deel ik met vrienden en familie, en met iedereen waar ik verplichtingen of afspraken mee aangegaan ben. Wellicht kan ik mezelf, in overleg, wat meer vrijmaken van verplichtingen of sociale activiteiten.
  • Ik herinner mezelf aan mijn gestelde doel. Ik heb een post-it op mijn spiegel geplakt met een reminder van mijn prioriteit. Die zie ik elke ochtend en avond.
  • Ik hou mijn leven tijdelijk simpel en klein. Moet er toch meer dan ik aan kan? Misschien kan ik mezelf dan laten helpen. Ik zou een lijstje van dingen die echt moeten kunnen maken en mensen laten kiezen wat ze zouden kunnen doen. Het maken van een to-do lijstje is sowieso handig om je hoofd leeg te maken. Wat me vaak opvalt is dat het vaak allemaal groter is in mijn hoofd dan op papier. Een goede manier dus om ruimte te creëren.
  • Ik probeer vroeg naar bed gaan, rust en niks doen te zien als beloning voor mijn harde werk. Niet als tijd die ik had moeten besteden aan al die andere ballen die ik in de lucht wil houden.
  • Ik probeer milder te zijn naar mezelf. Ik doe nu wat ik kan. Ik geef mezelf tijd. En ik probeer mezelf te omringen met liefde van familie en vrienden.
  • Ik hou mijn zuurstofmasker op. Voor een veilige landing!

 

Je kan nog zoveel complimenten krijgen, toch onthoud je die negatieve opmerking altijd het best. Het geeft je een rot gevoel en zorgt ervoor dat je minder productief bent. Op lange termijn kan het zelfs voor serieuze schade aan je mentale gezondheid zorgen. Maar deze gedachten uit je hoofd zetten is makkelijker gezegd dan gedaan. We helpen je een handje.

Negatieve gedachten

Negatieve gedachten zijn menselijk en deze hoef je zeker niet te negeren. Sterker nog, het negeren van negatieve gedachten werkt averechts. Hierdoor leg je de focus juist op de gedachten. Steeds naar bovenhalen van negatieve gedachten is echter wel ongezond en zal je op den duur ongelukkig maken. Belangrijk is dus dat je de negatieve gedachten accepteert, maar niet negeert.

“We zien dingen niet zoals ze zijn, we zien ze zoals wij zijn.”

Overdenk je gedachten

We piekeren vaak onnodig en we kunnen meestal een stuk beter met de situatie omgaan dan gedacht. Wees je daarom bewust van je eigen gedachtegang: schrijf je gedachten op en beoordeel ze vanuit een ander perspectief. Zijn je gedachten rationeel? Wat zou je tegen een vriend in dezelfde situatie zeggen? Is de schade blijvend en wat kun je doen om de schade te voorkomen of te verminderen?

Zie negatieve ervaringen niet als persoonlijk falen, maar kijk naar andere mogelijke oorzaken. Of probeer het van een andere kant te zien: had het slechter gekund? Wat is er positief aan deze ervaring? En zelfs als de situatie niet slechter had kunnen zijn, onthou dan dat piekeren geen zin heeft. Probeer te accepteren wat er is gebeurd, maar laat het niet je toekomst bepalen.

Actieve herhaling

Negatieve gedachten verminderen door ze te blijven herhalen, whut?! Het klinkt niet erg aantrekkelijk, maar door de gedachten actief te herhalen verliest het uiteindelijk z’n betekenis (Ohio State University, 2012). Hierdoor krijg je meer afstand tussen je gevoelens en je gedachten. Spreek je gedachten dus uit of schrijf ze op. Deze methode wordt veel in de psychologie gebruikt en wordt ook wel cognitieve defusie genoemd.

Spoel ze van je af

Letterlijk. Neem een warme douche, de wetenschap heeft namelijk aangetoond dat je je daardoor beter zult voelen (University of California, 2013). Fysieke warmte en sociale warmte worden namelijk in hetzelfde gedeelte van de hersenen getriggert. Niet zo’n zin om te douchen? Je gedachten weggooien kan ook! Schrijf ze op papier en verscheur of verbrand ze. Onderzoek vanuit Ohio State University (2012) heeft aangetoond dat studenten die hun onzekerheden op schreven, verscheurde en weggooide een beter zelfbeeld kregen dan studenten die dat niet deden.  

Visualiseer

Afleiding zoeken heb je vast al geprobeerd, maar wist je dat de manier waarop ook van belang kan zijn? Afleiding zoeken werkt alleen wanneer het je volledige concentratie vergt. Op deze manier train je je hersenen in de juiste richting. Dit kun je het beste bereiken door middel van visualisaties (Winch, 2014). Visualiseer jezelf bijvoorbeeld in de supermarkt en beeld je alle producten in. Of visualiseer de outfits van je collega’s van gisteren. Dit hoeft niet lang te zijn, maar probeer dit elke keer te doen wanneer negatieve gedachten overheersen.

NiceDay: Heb jij vaak last van negatieve gedachten? Schrijf je gedachten op in je dagboek en spreek het een paar keer hardop uit. Voel je je beter?