Welkom op deze wereld. Papa en mama zijn gelukkig dat je er bent, opa en oma zijn ongeduldig om je te zien en de katten liggen op je te wachten in de wieg. Je bent fragiel, afhankelijk en moet alles nog leren. Eten, kruipen, lopen, praten. Kleine stapjes die straks een deur open zetten naar de grote boze wereld die op je wacht. Maar eerst letterlijk en figuurlijk baby stapjes zetten. Je mag er zijn.

Aan mijn 4-jarige ik

Nog meer dingen leren! Je gaat straks naar school, je gaat vrienden maken en iedereen is hier nog gelijk. Je gaat leren delen, ruzie maken, maar ook leren uitpraten. Je gaat zelf uitkiezen wat je aan wil, je gaat een mening vormen.

Je gaat fouten maken en ongelukjes krijgen (hete thee over je benen gooien geeft je moeder een hartverzakking en ook achteruit kijken met fietsen is niet handig, maar dit kon ik je van te voren helaas niet zeggen!) Geniet van de basisschool-jaren. Maar bereidt je voor op gemene woorden van klasgenootjes. Het is een voorbereiding voor de middelbare school. Je mag er zijn.

Aan mijn 10-jarige ik

Je ouders zullen uit elkaar gaan, maar later zul je inzien dat dat een goede keuze is geweest. Geniet met mama in de flat en maak je roze kamer bij papa blauw. Gewoon omdat het kan! Je gaat straks naar de middelbare school. Daar zal je het moeilijk krijgen met blijven zitten en pesters, maar je gaat hier veel van leren. Je gaat twijfelen aan jezelf en vergeet dat je mensen om je heen hebt waar je mee kan praten. Je bent niet alleen! Je mag er zijn.

Aan mijn 16-jarige ik

Je hebt al aardig wat meegemaakt inmiddels en er is nog meer onderweg. Volgend jaar ga je het huis uit en je gaat een moeilijke tijd tegemoet. Hier kan je je niet op voorbereiden, want wie verwacht op deze manier behandelt te worden door zijn partner? Ik zou zo graag willen dat je direct hulp zoekt, straks op je 19de, maar helaas ga je alles wegstoppen. Je krijgt de mogelijkheid om deze keuze weer recht te zetten, maar daar zal veel tijd overheen gaan. Je raakt je weg kwijt, maar vertrouw in jezelf! Je mag er zijn.

Aan mijn 27-jarige ik

Je burn-out is onderweg. Maar dit zal goed voor je zijn. Neem je rust en leer jezelf opnieuw kennen. Weet je nog, die keuze die je maakte toen je 19 was? Je gaat deze in de komende periode rechtzetten. Je gaat belangrijke keuzes maken die heel veel invloed hebben op je leven. Je was een onzekere vrouw, maar je wordt zo veel sterker de komende 2 jaar. Je mag er zijn.

Aan mijn bijna 30-jarige ik

Bijna de big 3-0, de dirty thirty! En kijk hoe goed je bezig bent. Je zit op school waar het goed gaat. Je hebt een baan. Je bent gelukkig. Je hebt lieve, betrouwbare vrienden. Je bent zelfverzekerder dan ooit. Therapie is alweer 7 maanden geleden afgerond en je kan het nu echt zonder professionele hulp.

Dus even kort samengevat, je bent je leven aan het vormen zoals je dat altijd voor je zag. Daar mag je trots op zijn. Verlies dit nou eens niet zo vaak uit het oog. Je mag fouten maken, niet alles hoeft perfect. Zo lang je maar je best doet en gelukkig bent met wat je doet en wie je bent.

Op naar de toekomst! Je mag er zijn en je bent er ook!

Het nummer van deze week is Beggers & Poets met Sweat pea. Ik ben veranderd en dat uit zich nu ook naar kleding en muziek. Ik wordt verliefd op de jaren ’40, ’50 en ’60. Mijn eerste 2 jaren 50 jurken zijn aan mijn kledingkast toegevoegd en dat kunnen er alleen nog maar meer worden. Hier wordt ik vrolijk van!

 

Liefs, Renée

 

Wanneer ben je  echt gelukkig? Als je een relatie hebt, of veel geld ter beschikking. Of ben je gelukkig als je alles voor elkaar hebt: Huisje, boompje, beestje, kindje?

Valkuil

De grootste valkuil is social media. Daar is alles leuk, perfect en zonder problemen. En als het niet perfect is, vind je daar de andere kant: de vreselijk negatieve verhalen, hoe slecht het leven wel niet is. Alsof er niets tussen in zit en je een kant moet kiezen. En welke kant kies je als je niet lekker in je vel zit? Juist, nou net die ene die negatief is.

Laat je niet beïnvloeden door al die perfectie. Je weet nooit wat er schuilgaat achter die prachtige foto of lieve facebook-post.

Vrienden

Misschien zal je het met vrienden dicht bij je het er wel over hebben, maar veel mensen om je heen zullen hun vuile was niet buiten hangen. Niemand heeft het perfect voor elkaar. Je weet bij niemand wat er achter de voordeur gebeurt. Er zijn ruzies, er vloeien tranen, er kunnen geldproblemen zijn of stellen onbedoeld kinderloos.

Soms lijkt het alsof het bij de rest allemaal van een leien dakje gaat, maar probeer dat te vergeten. Het gaat erom dat ze gelukkig zijn, niet perfect. Leef je leven zoals jij het wil, met ups en downs!

Hou jezelf niet voor de gek

Voordat ik op mijn dieptepunt zat, wilde ik mijn leven perfect maken. Liefde, goede baan, mooi huis. Maar ik kreeg tijdens mijn burn-out door dat ik mijn leven perfect wilde hebben voor de buitenwereld en niet voor mijzelf. Iedereen dacht dat ik gelukkig was, maar ook ik kwam erachter dat dit niet zo was. Het werd tijd om uit te zoeken wat mij nou eigenlijk gelukkig maakte.

Kies voor je eigen geluk

Ik moest blij zijn met mezelf, daar moest ik hard aan werken. Dat deed ik, en hoe! Na een maand of 8 in therapie te zijn geweest, was ik eindelijk een beetje gelukkig met mezelf. Ik was duidelijk op de goede weg, zag in dat ik echt wel gelukkig kon worden!

In mijn huidige relatie merk ik pas hoe het eigenlijk voelt. Voor het eerst kan ik oprecht zeggen dat ik gelukkig ben. Maar dan ook ondanks de ups en downs die er zijn. Ik laat me niet meer zo makkelijk uit het veld slaan. Ja, ook ik zie alle perfecte verhalen voorbij komen op social media. Maar ik maak me er ook schuldig aan! Vuile was hang je nou eenmaal niet buiten, zolang je dat in je hoofd houd zal je een stuk meer vrede hebben met je eigen leven.

Wat maakt mij nou extra gelukkig?

  • Een stevige knuffel na een zware dag op school of werk van mijn lief
  • Motorrijden, zowel woon-werk verkeer als voor de fun een rondje rijden
  • Een goed boek
  • Een bak koffie op bed op zondag ochtend
  • Thuiskomen na een heerlijke ronde op de racefiets
  • Een middagje stoer doen op de crossmotor

En zo zijn er nog veel meer dingen die me net even een boost geven. Geluk hangt niet af van die ene tegenslag of meevaller. Het leven gaat niet altijd over rozen. Als je dat accepteert, wordt het leven al zo veel leuker!

Het nummer van deze week is Just the way you are van Bruno Mars. Het nummer spreekt voor zich. Je bent perfect zoals je bent. Verander niet voor een ander, alleen als je zelf vind dat het nodig is!

 

Liefs, Renée x

 

Tegenwoordig moet alles leuk zijn. Je baan moet leuk zijn, je vrienden moeten leuk zijn, je kleding, je huis en inrichting moeten leuk zijn. Je vriend of vriendin moet natuurlijk ook heel leuk zijn. Naast je werk moet ook je studie leuk zijn, want waarom zou je het anders doen? Je moet een leuke dag hebben, een leuke tijd, met leuke mensen en in een leuke omgeving, bijvoorbeeld op een leuk terras of een leuk café. Je wil immers een leuk leven hebben. Of niet soms?

Leuk

Het woord ‘leuk’ lijkt zo wel het enige woord dat we nog gebruiken om aan te geven wat we voelen en ervaren. We vinden iets leuk als we het aangenaam vinden, gezellig, knus of warm – wat is het hier leuk! Leuk gebruiken we ook wanneer we iemand aantrekkelijk vinden, hem of haar mooi, charmant, knap of lekker vinden- wat is die leuk! Ook als we iets echt leuk vinden, gebruiken we niet woorden als amusant, enig, geinig, grappig of lollig, olijk, tof of vermakelijk, nee we vinden het gewoon: leuk!

Het is wel lekker duidelijk Het is leuk of het is niet leuk. Zo begrijpen we elkaar. En we doen wat we leuk vinden. Als het niet leuk is, moet je het niet doen. Zo steunen we elkaar. Maar moet het wel allemaal altijd leuk zijn? Is een plaats, persoon, activiteit of situatie alleen maar acceptabel als het leuk is?

Mijn ervaring

Ik betrap mezelf erop dat ik ook heel vaak ‘leuk’ zeg. Het is er ongemerkt ingeslopen en heeft bezit van me genomen. Ik gebruik bijna geen ander woord meer dan ‘leuk’ en bestempel zo mijn gevoelens, stemming en beleving alleen nog maar in termen van leuk en niet leuk. Gaandeweg is mijn leven gereduceerd tot een staat van wel of niet leuk zijn. En als ik op deze manier naar mijn leven kijk, vind ik de meeste dingen niet leuk en dat deprimeert me nogal.

Meer dan leuk

Is er meer dan leuk? Kan iets ook interessant zijn, boeiend, aangrijpend of prikkelend? Kunnen mensen in plaats van leuk niet eerder bijzonder zijn, markant, merkwaardig of wonderlijk? Kunnen we ze in plaats van leuk ook omschrijven als inspirerend, stimulerend, of misschien zelfs lachwekkend? Een activiteit hoeft niet alleen leuk te zijn, maar kan ook opwekkend zijn, bewegend, energiegevend of bezielend. Een plaats kan prachtig zijn, fraai, schitterend of smaakvol. Ook in negatieve zin kun je in plaats van ‘niet leuk’ ook zeggen dat je iets bijvoorbeeld vervelend vindt, akelig, eng of beangstigend. Dat iets naar is, belastend, pijnlijk of energievragend.

Het is niet alleen maar leuk of niet leuk. De wereld en je beleving is veel rijker dan die platte tweedeling. Er zijn duizenden manieren waarop we een plaats, persoon, situatie of activiteit kunnen beleven en met evenzoveel woorden tot uitdrukking brengen.

Angst

Leuk, samen lunchen! Zo was ik een paar dagen geleden op bezoek bij het bedrijf Sense Health – ja, het bedrijf waarvan deze blog onderdeel is. Een aantal bloggers waren uitgenodigd voor een lunch. Dat vind ik niet leuk! Nee, dat vind ik niet, maar zo ervaar ik dat. Sociale activiteiten met vreemden in een vreemde setting vind ik vreselijk. Ik vind het naar om me onzeker te voelen, om niet goed te weten waar ik moet zijn, wat er van me wordt verwacht of hoe ik me moet gedragen. Het triggert mijn trauma’s en maakt me erg onrustig. Dat is niet leuk. Al dagen van te voren ben ik nerveus, slaap slecht en op de dag zelf ga ik half van mijn stokje. Onderweg met de trein loopt de spanning op, het zweet breekt me uit en het liefst maak ik rechtsomkeer, veilig naar huis. Ik weet wel dat ik nergens bang voor hoef te zijn, maar mijn lichaam denkt niet, die voelt alleen maar. Die maakt duidelijk dat ik het niet leuk vind.

Anders kijken

Achteraf viel het, zoals zo vaak, wel weer mee. Zodra ik besefte dat het allemaal niet leuk hoeft te zijn, kwam er ruimte om het anders (en uiteindelijk rijker) te ervaren. Ik werd me ervan bewust dat ondanks dat ik het niet leuk vind, wel als heel zinvol, belangrijk en waardevol heb ervaren. Ik heb kunnen bijdragen aan ontwikkelingen van activiteiten en producten die de kwaliteit van leven van mensen met een kwetsbaarheid kunnen verbeteren. Ondanks de zenuwen en angst heb ik me gewaardeerd gevoeld doordat wat ik zei, serieus werd genomen. Ik vond het niet leuk maar wel goed om erbij te zijn.

Door geregeld tegen mezelf te zeggen dat het niet altijd leuk hoeft te zijn, sta ik meer open voor andere ervaringen zonder de nare en pijnlijke kanten te hoeven ontkennen. Het leven is niet: òf leuk, òf niet leuk, maar kent een veel rijkere scala aan beleving, stemming en waardering.

Maandag: vandaag ben ik alleen maar bezig. Het huishouden, motor poetsen, heen en weer lopen. Ik vind geen rust. Probeer het denken te vergeten door continue iets om handen te hebben. Soms lukt het, maar af en toe merk ik dat ik moe word en even wil zetten. Dan begint mijn hoofd weer te werken en sta ik maar weer op. Bezig blijven, schiet er door mijn hoofd.

Mijn partner zijn telefoon gaat, storingsdienst. Hij moet de deur uit en ik baal. Niemand om mee te praten waardoor mijn hoofd tot rust komt. Dan maar weer door met opruimen.

Tegen de tijd dat S. weer thuis is, ben ik kapot. Moe van het bezig zijn, moe van het proberen te vergeten. We eten iets en kijken film. De spanning in mijn lijf blijft maar stijgen en ik besluit nog voor het einde van de film naar bed te gaan.

Rust? Natuurlijk niet!

In slaap komen lukt niet, draaien op mijn kussen daarentegen wel. Na een uur naar het plafond staren val ik eindelijk in slaap. Nachtmerries zijn er natuurlijk weer! Waarom kan ik niet gewoon rust hebben voor zo’n grote dag? Midden in de nacht schrik ik nog even wakker, maar gelukkig val ik snel weer in slaap.

De wekker gaat, stress niveau schiet weer omhoog. Vandaag is de dag! De spannende dinsdag is aangebroken. Mijn eerste appje van een klasgenootje komt al binnen: En, al stress? Je raadt mijn antwoord al: Ja! Vandaag is de dag dat ik mijn praktijk examen moet afleggen op school. Geef mij maar theorie, dat kan ik op mijn gemak lezen en maken zonder dat er iemand met me mee kijkt. Nu moet ik solderen, een bril maken (de glazen op maat slijpen, zorgen dat alles recht staat en alle afstanden in het glas kloppen) en een mondeling afleggen. Hiervoor krijg ik 1 cijfer in totaal.

Het examen

Gelukkig zie ik mijn eigen docent zitten als ik binnen kom. Ik kies een enveloppe uit en krijg hiermee mijn opdrachten van vandaag. Ik start met de soldering, deze zit erg netjes, dus dat begint goed! Daarna kies ik voor mijn mondeling. We hebben het eerst over het afgelopen weekend en dan zegt ze: “Zo, het ijs is gebroken! We kunnen starten!” Ook mijn mondeling heb ik nu een goed gevoel over dus ga ik de bril inslijpen. Ik lever ruim binnen de tijd alles in en krijg te horen dat ik een uur later mijn cijfer krijg. Na een uur klamme handjes krijg ik de uitslag: een 9,5! Je bent zonder ook maar één herkansing over naar je tweede jaar!

Opgelucht…

…Maar ook een beetje boos op mezelf ga ik weer naar huis. Waarom blijf ik me zo druk maken? Bang om te falen blijft een groot issue voor mij. Het voelt ook als een zwakte. Zwak dat ik niet goed met de spanning om kan gaan. Het is dan ook geen gezonde spanning, maar tot trillen en misselijkheid aan toe. De worsteling is echt vreselijk.

Mijn partner wordt ook wel eens moe van mij en dat begrijp ik echt volkomen! Vaak blijft hij superlief en steunt hij mij. Ook nu: “Je hebt goed geoefend en jij kan dit gewoon! Ademhalen, ontspannen en concentreer je!” Ook achteraf blijf ik een zenuwpees. Soms is hij geïrriteerd en stuurt hij geen berichtjes meer terug. Vandag blijf hij zeggen dat ik er niets meer aan kon doen en dat ik rustig moest worden. Tot 3 keer toe!

Niet de enige

Ik weet dat er met mij nog veel mee mensen last hebben van faalangst. Als iemand een manier weet hoe je ermee om kan gaan, hoor ik het graag. Want ik heb na alle therapie nog steeds heel veel moeite om dit de baas te worden. Ik durf er nu wel iets meer voor uit te komen, dat helpt wel een beetje. Maar of ik dit gevoel ooit onder controle zal krijgen weet ik niet.

Het nummer van deze week is Hungry eyes van Eric Carmen. Dit nummer komt uit mijn favoriete film Dirty Dancing. Die ik nu heel binnenkort weer ga kijken, want heb nu weer rust om me te storten op een film! Nu een paar weken niet naar school en dan fris aan het tweede jaar beginnen!

 

Liefs, Renée x

 

Ken je dat? Iemand rijdt naar jouw zin iets te langzaam en ook nog links. Altijd een ergernis. Maar nu wordt je boos en zit je je op te winden in de auto. Of iemand zegt onverwacht iets liefs, biedt je hulp aan, en je barst in huilen uit. Allemaal emoties die ineens daar en groot zijn. Waarom? Omdat je moe bent. Iets wat we allemaal maar al te goed herkennen. Je fysieke en mentale gesteldheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bijzonder goed om te weten. Als signaal en als kompas.

Voor mij en velen met mij, geldt deze connectie extra sterk. Omdat ons hoofd al de neiging heeft om niet de omstandigheden maar onszelf de schuld te geven. Om eerder zwart te zien dan wit. Om perfectionisme en het goed doen te verheerlijken. Wanneer ik moe ben, krijgen de destructieve stemmetjes in mijn hoofd ruimte. Die zorgen voor nerveusheid en spanning. En als ik het niet voor elkaar krijg te rationaliseren, voor blokkades (opgeven, vluchten, niks doen) en misbruik van eten en sport (te veel, te weinig)

Ik ben net, na drie jaar reizen, begonnen met werken en sta de hele dag, ben aan het schoonmaken en ik krijg allemaal nieuwe indrukken. Ik ben dus ontzettend moe. Maar ik wil in de avond eigenlijk nog mijn sociale leven en sport hebben, wat nu natuurlijk niet lukt. Daarbij heb ik ook nog allemaal vrijwilligersdingen lopen, waar ik ja tegen heb gezegd toen ik nog niet werkte. Dat krijg ik nu bijna niet meer voor elkaar. Een fantastische mix om gestrest, teleurgesteld in mezelf en terneergeslagen te raken.

Dus tijd om deze signalen om te zetten in een kompas voor richting en actie. Wat kan ik doen om opnieuw rust en balans te creëren?

Ik moet meteen denken aan de instructie die je in het vliegtuig krijgt om bij een noodgeval eerst het zuurstofmasker bij jezelf op te zetten en dan pas anderen te helpen. Ik zal mezelf dus moeten helpen, klein denken, voordat ik mijn wereld weer vergroot.

Als er iets flink verandert in je situatie/leven kost dat energie en tijd: je hebt er meer van nodig om te zorgen dat je die verandering eigen kan maken. Maar tijd en energie zijn kostbaar en niet onuitputtelijk. Als je dus veel nodig hebt op een bepaald vlak, moet je ergens anders inleveren. Dat klinkt enorm logisch, en toch zijn velen van ons daar niet zo goed in. We willen alle ballen in de lucht houden. Nergens op inleveren. Maar dat is een rare korte termijn strategie. Want, op de lange termijn, raak je uitgeput en wordt de kans steeds groter dat alle ballen op de grond eindigen.

Terug in het vliegtuig. Noodgeval. Het enige dat nu bestaat en telt is het zuurstofmasker. Perfect. Dat lijkt me goed te doen. Dus, nu, in mijn wereld: wat is mijn zuurstofmasker? Wat is mijn prioriteit? Werk. Werk heeft nu prioriteit. Werk gaat zorgen voor inkomen, voor structuur in Nederland, voor landen in hier. Perfect. Dat masker heb ik opgezet. Nu is het de kunst om dit te zien als een goede stap en de tijd te nemen om de zuurstof zijn werk te laten doen. Ik moet mezelf gunnen en toestaan moe te zijn van het wennen aan werk. Ik heb een doel. Als ik langzaam maar zeker weer op kracht kom, kan ik mijn wereld weer vergroten. Ik mag mezelf niet straffen dat ik mijn vrienden minder spreek, dat ik moeite heb met andere ballen in de lucht houden, dat mijn wereld even heel klein is. Dat heeft een doel. En eigenlijk ben ik dan heel goed bezig! Iets wat niet eens in mijn hoofd is opgekomen de laatste tijd. Erg eigenlijk, als je er over nadenkt. Ik doe wat ik moet doen en vind toch dat ik slecht bezig ben.

Nu dat ik weet dat mijn wereld de komende tijd kleiner zal zijn, zijn er een paar praktische tips die ik kan toepassen.

  • Communiceren. Ik heb een prioriteit in mijn leven gesteld en daar heb ik tijd voor nodig. Dat deel ik met vrienden en familie, en met iedereen waar ik verplichtingen of afspraken mee aangegaan ben. Wellicht kan ik mezelf, in overleg, wat meer vrijmaken van verplichtingen of sociale activiteiten.
  • Ik herinner mezelf aan mijn gestelde doel. Ik heb een post-it op mijn spiegel geplakt met een reminder van mijn prioriteit. Die zie ik elke ochtend en avond.
  • Ik hou mijn leven tijdelijk simpel en klein. Moet er toch meer dan ik aan kan? Misschien kan ik mezelf dan laten helpen. Ik zou een lijstje van dingen die echt moeten kunnen maken en mensen laten kiezen wat ze zouden kunnen doen. Het maken van een to-do lijstje is sowieso handig om je hoofd leeg te maken. Wat me vaak opvalt is dat het vaak allemaal groter is in mijn hoofd dan op papier. Een goede manier dus om ruimte te creëren.
  • Ik probeer vroeg naar bed gaan, rust en niks doen te zien als beloning voor mijn harde werk. Niet als tijd die ik had moeten besteden aan al die andere ballen die ik in de lucht wil houden.
  • Ik probeer milder te zijn naar mezelf. Ik doe nu wat ik kan. Ik geef mezelf tijd. En ik probeer mezelf te omringen met liefde van familie en vrienden.
  • Ik hou mijn zuurstofmasker op. Voor een veilige landing!

 

Vorig jaar deed ik mee aan Last Man Standing. Een initiatief van stichting MIND om aandacht te vragen voor de uitdagingen die er nog steeds zijn in de geestelijke gezondheidszorg. 6 uur lang stond ik op een paal om de enorme wachtlijsten in deze zorg te visualiseren. Ik had nooit gedacht het 6 uur vol te houden op een paaltje van 20 bij 20 cm met windkracht 5! Maar niets bleek minder waar. En dan zie je maar weer dat je met een goed doel, een enorme toegewijde groep mensen, muziek en aanmoediging vanaf de kant, grote prestaties kan neerzetten. Want ik, en met mij meer dan 80 procent van de deelnemers, hebben het gehaald!

Dit jaar doe ik opnieuw mee. Voor een geestelijk gezonde jeugd (MIND YOUNG). Weer zo’n belangrijk thema. Want of je nu iets mankeert of niet, het is belangrijk om als jongere te weten dat je over alles zou moeten kunnen praten. Met iemand. Zonder taboe. Zonder angst voor afkeuring. Zonder dat dit als zwak gezien wordt.

Puberteit en jongvolwassenheid zijn al turbulent van zichzelf. Er komt zoveel op je af, er is zoveel te leren, zien en ervaren. Zoveel wat je nog kan vormen en wat je kan worden. Zoveel te kiezen, zoveel om bij te horen en zoveel om je tegen af te zetten. Een eigen persoontje worden vergt nogal wat van de jeugd en hun omgeving. Maar het is een natuurlijk proces wat je naar volwassenheid brengt. En de meesten van ons komen goed aan de andere kant aan, met ook heel veel plezier achter de rug. Toch zijn er ook heel wat jongeren voor wie dit niet het geval is.

In mijn geval werd deze ontwikkeling ruw verstoord door Borderline. Een emotie regulatie stoornis. Al die turbulentie kon ik niet aan. Ik wist niet meer waar ik het moest zoeken. En mijn emoties werden mijn vijand.

Mijn puberteit en jongvolwassenheid waren donker en zwaar. Een paar keer wilde ik opgeven. Geloofde ik niet meer in het leven of dat alles wel goed komt (hoe vaak mensen dat ook tegen je zeggen). Mijn emotionele pijn was zo heftig dat ik liever fysieke pijn had als afleiding. Mijn leven, en kledingkeuze, was zwart. Ik wilde het liefste verdwijnen. Ik snapte niet wie ik was, waar ik bij wilde horen, en hoe dit ding wat leven heet, geleefd diende te worden. Ik was vol zorgen, angst, pijn, woede en vooral radeloosheid.

Maar dat was niet te zien. Ik heb mijn gymnasium en 3 universitaire diploma’s gehaald en ben aan een succesvolle management carrière begonnen. Ik had vriendinnen en ik sportte. Maar het voelde vaak leeg van binnen, alsof ik er niet helemaal bij was, niet als mezelf aanwezig was in het leven. En ik was moe, heel moe. Ik durfde dit niet te delen. Doorgaan dacht ik. Doorgaan. Overleven.

Borderline heb ik nog steeds. Maar ik ben nu meer. Ik weet nu wie ik ben. Wat ik kan, wat ik leuk vind, wat ik nodig heb. En dat is zoveel meer dan alleen de emotie regulatie stoornis. En wat nu zo mooi is; Als je je bewust wordt van en gaat zorgen voor wie je als heel persoon bent, dan wordt dat onderdeeltje wat je eens zo gedefinieerd heeft een stuk kleiner, en hanteerbaar. Ik heb ruimte gecreëerd voor mijn hele zelf en zo veel meer rust en overzicht gekregen. Ik kan mezelf zijn. Nu ik wat ouder ben (36) heb ik veel meer overzicht, snap ik een beetje hoe het leven werkt en hoe ik mezelf in alle rust daartoe kan verhouden.

Ik heb veel gehad aan 18 maanden Mentalization Based Therapy, waar ik op mijn 32ste aan begon. Een therapie speciaal voor Borderline. Ik heb het geluk dat ik zelf veel heb kunnen doen met mijn problemen en uiteindelijk ook met hulp. Ik heb me daarbij gerealiseerd wat ik echt gemist heb:  steun, liefde en professionele hulp in mijn jeugd. In de periode dat je dat het hardst nodig hebt. Zeker als je worstelt met een psychische ziekte of aandoening. En daarom vind ik Last Man Standing en het gaan voor een mentaal gezonde jeugd zo belangrijk. Hoe meer informatie er gedeeld wordt en hoe meer we het bespreekbaar en normaal gaan maken, hoe eerder onze jongeren durven te praten over hun worstelingen en hoe eerder er hulp ingeschakeld kan worden. Ik wil dit uit de taboesfeer. Ik wil meer begrip, kennis en openheid. En handvatten voor het herkennen van problemen op psychisch vlak; in gezinnen, op scholen en in vriendenkringen. En bij onszelf. Hoe eerder we erbij zijn, hoe meer kans op kwaliteit van leven en op de lichtjes aan het einde van de tunnel.

Last Man Standing vindt plaats op 23 juni bij het Markermeer. Ik ga weer 6 uur proberen te blijven staan. En jij kunt ook nog meedoen! Schrijf je in via www.doemeemetmind.nl (klik op ik wil meedoen). Je mag je bij mijn team inschrijven als teamlid of zelf een team vormen. Ik doe mee onder de naam ‘team Bouwke’. Je bent hartstikke welkom!

 

…Of toch niet? Vroeger was het vanzelfsprekend. Ik kwam heel regelmatig bij mijn opa’s en oma’s. Op woensdag kwamen de ouders van mijn moeder mij altijd ophalen en hadden ze kibbeling bij zich. In de weekenden zag ik de ouders van mijn vader. Tussendoor en tijdens vakanties zag ik ze ook heel vaak.

De rest van de familie zag ik dan als we bij opa en oma op visite waren of tijdens verjaardagen. Ik keek er altijd naar uit. De gezelligheid, iedereen samen en ik kon lekker spelen met nichtjes en neven.

De scheiding

Toen mijn ouders uit elkaar gingen, werd de familie nog een stuk groter. De partners van mijn ouders hadden beiden een vrij grote familie en ook daar kwam ik graag. Ik zag iedereen ook echt als familie, ook al was dat niet aangetrouwd of bloedverwant.

Met de partner van mijn moeder lag ik helaas vaak overhoop. Ruzie om de kleinste dingen, slaande deuren en een eigenwijze ik. Met mijn stiefzusje daarentegen kreeg ik een leuke, goede band. We waren echt zussen geworden. Ook al is ze maar een jaar jonger, ik zag haar toch als mijn kleine zusje en trots dat ik was als ze iets bereikt had. Zoals het behalen van de basisschool of als ze een gymwedstrijd had. We hadden wel eens ruzie, maar dat hoort er nou eenmaal bij.

De deur uit

Toen ik het huis verliet op mijn 18e werd het een stuk rustiger bij mijn moeder thuis. Ik kon het opeens heel goed met haar partner vinden. Veel fijner dan die twee dwarse mensen die veel te veel op elkaar lijken en elkaar in de haren vliegen. Ik beschouwde hem direct veel meer als familie dan toen mijn moeder bij hem introk.

Mijn stiefzusje zag ik steeds minder vaak. We gingen onze eigen weg, maar ik vergat haar nooit. En ik ging inmiddels niet meer met mijn ouders mee naar alle verjaardagen, dus ook de rest van de familie zag ik minder. Toch bleef de band met mijn opa’s en oma’s altijd heel sterk. Behalve toen ik in een heel slechte relatie zat, die eindigde in huiselijk geweld. Dit jaar had ik (bijna) geen contact met familie. De enige persoon die ik nog zag was mijn moeder.

Mijn vader heb ik dat jaar heel erg gemist. Vooral tijdens zijn 50ste verjaardag waar ik niet bij kon zijn. Als ik die periode over kon doen, had ik het heel anders gedaan, maar omdat dit niet gaat moest ik mezelf vergeven en hoopte dat mijn vader dit ook kon. Gelukkig is die relatie hersteld en is onze relatie nog beter dan het ooit geweest is.

Het heden

Tegenwoordig kijk ik heel anders tegen het begrip familie aan. En al helemaal de onvoorwaardelijke liefde die er voor mij aan vast hing. Er zijn een aantal mensen in mijn familie, bloedverwanten, waarvoor ik door het vuur zal blijven gaan. Maar er zijn een aantal mensen buiten gevallen waarvan ik het nooit zag aankomen. Tot nu. Ik heb een aantal aanvaringen gehad met de ouders van mijn vader. Met betrekking tot mijzelf, (ik moest een relatie behouden omdat zij vonden dat je maar moest blijven vechten, zij waren immers ook nog steeds bij elkaar) maar ook met betrekking tot mijn vader. Zij weten niet eens van zijn ziek zijn af! Onvoorwaardelijke liefde geldt voor mij niet meer bij deze mensen. We zijn zelfs bijna vreemden geworden. En hoe veel pijn het ook doet, voor mij is het beter zo. Sinds ik een gesprek met ze heb gehad, ben ik veel rustiger geworden. Als ze nu komen te overlijden zal ik het nog steeds moeilijk vinden, maar ik zal geen “wat nou als…” meer hebben. We zijn erover uit dat we anders over relaties denken en zij accepteren niet dat ik niet wekelijks meer op de stoep sta. Helaas, ik heb nu een rijk leven opgebouwd. Daar hadden ze een mooi plekje in kunnen krijgen, maar het is te min. Dan is het tijd voor loslaten.

Buiten de bloedverwanten

Heb ik ook familie, die wel onvoorwaardelijke liefde verdienden. Mijn stiefouders horen daar zeker bij. Die staan altijd voor me klaar, net als mijn ouders. Mijn partner en zijn ouders, broers en schoonzusje vallen er voor mij ook onder. Iedere donderdag eten we bij mijn schoonouders met de hele club en ik voel me dan echt wel thuis. Geen verplichtingen, gewoon gezellig. En een leuke bijkomstigheid is dat we zelf niet hoeven te koken natuurlijk!

Maar ook een aantal vrienden en vriendinnen zie ik meer als familie dan een deel van mijn echte “familie”. Dit is familie die ik zelf mocht uitzoeken. Hoe fijn is dat? Je weet dat je altijd op ze kan bouwen, dat ze er voor je zijn als je ze nodig hebt én ze weten dat dit andersom ook zo is. Geen bloedverwanten, wel liefde.

Nu zie ik in, dat familie dus niet altijd onvoorwaardelijke liefde is en moet zijn. Soms is het maar beter om los te laten, hoe moeilijk dat ook is. Ik heb veel meer rust gevonden en meer liefde over voor anderen, die het zeker dubbel en dwars verdienen!!

Het nummer van deze week: Cannonbal van Lea Michele. Een prachtig nummer die de relatie van mij met de ouders van mijn vader wel een beetje beschrijft.

 

Liefs, Renée x

 

Mindfulness is een gemoedstoestand welke wordt gekenmerkt door de bewustwording van iemands lichamelijke ervaringen, gevoelens en gedachten, zonder gelijk een automatische reactie en een oordeel te hebben. Om toe te werken naar mindfulness kan je  onder andere trainingen, meditatie en andere aandachtsoefeningen doen. Mindfulness komt de laatste tijd vaak onder de aandacht, maar hoe is het eigenlijk ontstaan? Meer hierover lees je in dit artikel!

Boeddhistische oorsprong
Mindfulness (achtzaamheid) is een term die afkomstig is uit het angelsaksisch taalgebruik, waarvan de oorsprong in het boeddhisme ligt. Boeddha (560 jr v.C) heeft zijn leven gewijd aan het onderzoeken van de oorzaken van het lijden in de wereld, en vooral waarom lijden blijft bestaan. Hij heeft manieren bedacht om lijden te verminderen en mensen ervan te bevrijden. Volgens hem kwam lijden door de mens zelf, wij zijn geneigd ons te hechten aan fijne ervaringen en ons af te zetten tegen onprettige ervaringen. Een instelling van vriendelijke aandacht en opmerkzaamheid is dé manier om niet meer te hoeven lijden en vrede te hebben met onszelf en de situatie, zelfs wanneer de situatie onprettig is.

The founding father Jon
De Amerikaanse Jon Kabat-Zinn heeft als eerste het begrip mindfulness uit zijn boeddhistische context gehaald en een acht weken durende training ontwikkeld, namelijk de mindfulness based stress reduction (MBSR) training. In het Nederlands wordt dit ook wel de aandachttraining genoemd. Zoals de naam al zegt, staat het ontwikkelen of verbeteren van aandacht centraal.  Jon werkte in het academisch ziekenhuis van de Universiteit van Massachusetts. Het viel hem op dat mensen die uitbehandeld waren vanwege hun ziekte, vaak aan hun lot werden overgelaten en een lijdensweg tegemoet gingen. Mensen met een terminale ziekte werd namelijk vaak verteld dat ze maar met hun ziekte moesten ‘dealen’, maar niemand kon hen vertellen hoe.

Jon Kabat-Zinn is van oorsprong moleculair bioloog en daarnaast heeft hij veel ervaring met meditatie en yoga. Met de kennis van beide gebieden ontwikkelde hij een training met als doel patiënten middelen te geven waardoor ze zelf hun kwaliteit van leven kunnen verbeteren.

Jon takes over
In 1979 opende Jon Kabat-Zinn bij het ziekenhuis van zijn universiteit ‘the Stress Reduction Clinic’, en deze werd later ‘the Centre for Mindfulness’ genoemd. De trainingen bleken succesvol te zijn: veel patiënten bleken baat te hebben bij de training en bovendien werd de effectiviteit door wetenschappelijk onderzoek bevestigd.

Steeds meer therapeuten kwamen naar Massachusetts voor een opleiding. Inmiddels hebben duizenden mensen de training gevolgd. Tot op de dag van vandaag geeft Jon wereldwijd seminars, workshops en lezingen over mindfulness.

Vanaf het moment dat we weer terug waren na Noorwegen, was S.C. aan het neuzen op internet. Hij kijkt altijd rond of er nog iets leuks te vinden is. Gereedschap, motoren, oldtimers. En ik kijk zo af en toe eens mee, omdat hij altijd weet waar hij moet zoeken. En bij mij kriebelt het ook. Sleutelen, een oldtimer. Lijkt me heerlijk om zelf achter het stuur te kruipen van zo’n auto!

Als klein meisje

Al zo lang als ik mij kan herinneren ben ik gek op auto’s en motoren. Op zaterdag ging ik als klein meisje af en toe mee naar mijn vader zijn werk. Hij stuurde de werkplaats aan bij Ford. Dan ging ik auto’s poetsen in de showroom of met de monteurs buiten auto’s wassen als het mooi weer was. Ik vermaakte me altijd prima tussen het gereedschap en de geur van olie en benzine. Ook vond ik het altijd leuk om achterop de motor te stappen bij mijn vader of opa. Ik kan me nog een heel warme rit herinneren naar Scheveningen. Ik bij de buurman achterop en mijn stiefzusje bij mijn vader. Tussen de file door en in een warme, leren broek op het terras. Maar wat voelde ik me stoer!

Toen mijn vader zijn Westfield (kitcar) ging bouwen in de garage, wilde ik uiteraard mee om de body op te halen. Ik stond als eerste binnen bij het bedrijf en keek mijn ogen uit naar wat er allemaal stond. Toen de body de Crafter ingeladen werd, stond ik er verbaasd bij te kijken dat het paste. Als ik eraan terugdenk krijg ik toch weer een glimlach op mijn gezicht.

De eerste keer dat ik in die Westfield mocht rijden gaf dat echt een kick. Toen we even een drankje gingen doen bij de kroeg, hadden we aardig wat bekijks. Een mooie auto en ik als kleine dame stapte achter het stuur vandaan. Mijn vader en ik kunnen daar zelfs vandaag de dag nog om lachen. Volgens mij was en is hij nog steeds een beetje trots op zijn dochter die gek is op auto’s.

Nu is het mijn beurt

Een aantal weken geleden kreeg ik een berichtje van S.C.: wat vind je van deze auto? We speurden een beetje het internet af en ik kwam wat leuke dingen tegen. Die stuurden we dan heen en weer en opeens zei hij: ik ben serieus aan het zoeken, dan heb jij straks een autootje om mee te rijden als het slecht weer is. Oké, dus we zijn aan het kijken voor een oldtimer, zodat ik erin kan rijden?! Ik kreeg hem helaas niet zo gek voor een Ford Mustang.. Maar voor ik het wist stonden we bij de eerste oldtimer te kijken. Een knal oranje Opel Ascona. Maar helaas een automaat en nog te veel werk aan, dus dit werd hem niet. De volgende een Opel Kadett waar hij toch ook niet heel erg over te spreken was. Bij twijfel niet doen, dus ook deze hebben we gelaten voor wat het was.

Toen kreeg ik een linkje via Facebook. Ik bekeek de foto’s en las wat informatie. S.C. zei nog: kijk even door de kleuren en dergelijke heen, ik denk dat hier echt iets moois van te maken is. Maar dan moet je wel zeggen of je wil gaan kijken want het is niet om de hoek. Dus je raad het al, een dag later zaten we bijna 2 uur in de auto om een kijkje te nemen.

We werden enthousiast ontvangen en toen ik de auto zag, probeerde ik me een beetje voor te stellen hoe het zou zijn met een verfje en de stoelen weer op zijn plek. Want nu heeft de auto drie kleuren, zitten alleen het stuur en het motorblok erin (zelf de ramen liggen in de kofferbak!) en eigenlijk lijkt het me wel iets. Maar ik probeer niet te enthousiast te zijn, want ik ben niet degene die eraan moet sleutelen om hem in orde te krijgen. Ik zie iets aan S.C. zijn blik en heb het idee dat hij het ook wel ziet zitten. We spreken af om de volgende ochtend contact te hebben met de eigenaar. En onderweg naar huis zijn we beiden steeds enthousiaster. Hier kunnen we zeker iets moois van maken.

Het is zo ver!

De volgende ochtend krijg ik een appje: ik heb een bericht gestuurd dat we de auto willen overnemen. Ik ben uiteraard gelijk aan het stuiteren. De huidige eigenaar heeft het er wel moeilijk mee de Opel weg te doen, hij heeft de auto nu 7 jaar in bezit en heeft er veel in gereden. Tijdens het ophalen vorige week woensdag merkte je ook aan hem dat het even emotioneel was. Maar we hebben hem op het hart gedrukt dat we er goed voor zullen zorgen en dat we hem op de hoogte houden van de vorderingen. Daarbij moesten we beloven dat we langs komen als hij klaar is. Uiteraard! De auto komt goed terecht en ik ga dan ook eindelijk leren sleutelen!

Afgelopen weekend zijn we begonnen met alle onderdelen veilig in te pakken. Zie het zo: de auto is nu compleet leeg op het motorblok en de gastank na. Nu gaan we alle oneffenheden omcirkelen zodat alles egaal gemaakt kan worden. Dan gaat het sleutelen en het verven beginnen. Van rood naar, je vermoedt het al, roze! Want ja, ik mocht de kleur kiezen. Gelukkig had S.C. al van te voren bedacht dat het dan die kleur zou worden, ik hoefde het niet eens meer te zeggen. Daar heb ik wel erg om moeten lachen. Hij kent me te goed!

Dit is ons project, ik heb er mega veel zin in en kan niet wachten tot hij af is! M. bedankt voor je vertrouwen in ons. We zullen er iets moois van maken en komen langs als hij af is!

Het nummer deze week is: Summer nights van John Travolta en Olivia Newton-John. Omdat dit nummer past bij het beeld wat ik heb van de auto heb als hij straks af is. Een roze Opel Kadett uit 1968.

 

Liefs, Renée

 

Het kan lastig zijn om over je gevoelens te praten. Soms schieten woorden tekort en is het fijner om je gevoel op een andere manier te uiten.

Creativiteit kan van alles betekenen. Creativiteit is iets nieuws zien, iets nieuws vinden en iets nieuws doen of maken. Denk bijvoorbeeld aan het bedenken van oplossingen en nieuwe ideeën. Omdat creativiteit van alles kan betekenen, kan het ook op allerlei manieren geuit worden. Je kan bijvoorbeeld schilderen, dansen, zingen, schrijven of foto’s maken. Het is helemaal aan jou hoe jij je creatief wil uiten!

Misschien weet je niet goed hoe je je creatief moet uiten. Dat is helemaal niet gek, want er zijn ook zoveel manieren om creatief te zijn! Probeer zelf op onderzoek te gaan naar wat jij leuk vindt, bezoek bijvoorbeeld een museum of bekijk op internet video’s over creatief bezig zijn. Onthoud dat het niet de bedoeling is dat je de nieuwe Rembrandt wordt! Het gaat erom dat je je gevoelens kan uiten en jezelf beter leert kennen. Hieronder staan een paar manieren om creatief je gevoelens te uiten:

When in doubt, dance it out
Soms kun je je innerlijke gevoelens en wensen bevrijden door fysiek te bewegen. Probeer de gevoelens die je hebt uit te drukken in een dans. Je kan thuis dansen of in een club. Het is belangrijk om op muziek te dansen waar je je beter door gaat voelen. Dans bijvoorbeeld op muziek waardoor je je sterk voelt wanneer je bang bent, of waar je blij van wordt als je verdrietig bent. Je kunt ook op dansles gaan, als je het fijn vindt om begeleid te worden en om in een gestructureerde omgeving te zijn. Dansstudio’s bieden programma’s voor beginners aan waar je niet zo veel tijd en geld aan kwijt bent. Kies een dansvorm uit die goed bij je persoonlijkheid past, je kan bijvoorbeeld kiezen voor hip-hop,  jazz of ballet.

Write like it matters and it will
Een goede manier om jezelf uit te drukken is door te schrijven. Schijf gedichten of korte verhalen. Richt je op hoe je je voelt en schrijf het eerste wat in je opkomt. Het kan ontzettend opluchten om jezelf te bevrijden van de gedachtes en gevoelens door te schrijven. Bovendien kan je op deze manier beter inzicht krijgen in hoe je denkt en hoe je je voelt. Je creatief uiten doe je voor jezelf en voor niemand anders, je hoeft je werk dus niet te delen met anderen. Laat alle verwachtingen ook los, je hoeft het niet perfect te doen!

Let your heart sing
Zingen is een fijne activiteit, ook al ben je er niet zo goed in. Het zorgt ervoor dat je je emoties in de vorm van een liedje kan stoppen. Bovendien is zingen gezond. Wanneer je zingt, komen er stofjes in je brein vrij die pijnstillend werken en je een geluksgevoel geven. Zingen is daarnaast op (bijna) elke locatie mogelijk; zing in de auto, onder de douche of in je woonkamer (denk wel aan je buurman). Laat je lekker gaan en zing erop los. Ook hiervoor geldt weer dat je zeker niet de nieuwe Beyoncé hoeft te zijn. Zing liedjes die je gevoelens als boosheid of blijheid bevestigen. Laat je emoties op de vrije loop en bedenk bij jezelf dat deze gevoelens er mogen zijn: je hoeft ze niet te onderdrukken.