Mentale problemen en niet lekker in je vel zitten, hebben invloed op je seksleven. Sommige mensen proberen hun gedachten er juist mee te verzetten en zijn er meer mee bezig dan normaal, anderen sluiten zich er helemaal voor af.
Mijn eerdere ervaringen
Zelf viel ik altijd in de 2e categorie, dus dat is waar ik nu op in zal gaan. Door het seksueel misbruik kon ik nooit genieten van seks. De jongen die me dit aandeed, heeft mij ontmaagd. Dat is al een hele stap. En doordat juist hij mij dit aan had gedaan, vertrouwde ik direct niemand meer in de slaapkamer. De eerste maanden ging het in een relatie prima, dan was het leuk en lekker. Na een maand of 4 sloeg de angst weer toe en van de ene op de andere dag kon ik niet meer met aanrakingen omgaan.
Moeite met vertrouwen en intimiteit
In het begin liet ik het voor wat het was. Ik had nooit de link gelegd tussen het verleden en heden, omdat ik dat zo ver weg had gestopt. Ik zocht het bij andere dingen zoals drukte op het werk of moeheid. En de verwachting was oprecht als ik dacht dat de behoefte naar intimiteit wel terug zou komen.
Mijn ex R en ik hebben bijna 2,5 jaar een relatie gehad. De eerste maanden was er niets aan de hand. Maar na ongeveer een half jaar waren we partners voor de buitenwereld en broer en zus in de slaapkamer. Het liefst had ik een bakstenen muur tussen de matrassen gebouwd. De oplossing was 2 aparte dekbedden, we gaven elkaar een kus als we gingen slapen, maar meer dan dat was er niet. Geen geknuffel, niet tegen elkaar aanliggen en al helemaal geen seks.
Gelukkig hield R. rekening met mijn mentale problemen. Hij zette zijn eigen behoeften aan de kant, om mij geen stress te geven. Maar dat zag ik op dat moment echt niet. Tot ik een relatie kreeg met S.L.
Dit ging ook de eerste vier maanden prima. En net als mijn eerdere relatie, ging dit van de ene op de andere dag helemaal mis. Drie maanden later kreeg ik mijn burn-out. Ik ging in therapie en toen ik individueel aan de slag ging, kwam ook de intimiteit ter sprake. In deze gesprekken gaf ik aan dat er absoluut geen sprake meer was van fijne intimiteit. Knuffelen werd niet meer gedaan, om over seks maar te spreken. Het was voor mij ongemakkelijk, ik had geen behoefte aan intimiteit en het was echt een ‘moetje’. Hij wilde wel, ik wilde niet en ik moest dus maar zin maken. Wat een ruzies en gezeur hebben we hierom gehad. Hij zag niet in dat het misbruik hiermee te maken had.
Toen er een seksstop werd voorgesteld ging hij hier niet mee akkoord. Wat ik keer op keer te horen kreeg was: “Ik ben hem niet!” En of ik dat wist! Maar ik werd letterlijk ziek van een aanraking. Kon er niet mee omgaan en kon wel janken als het toch gebeurde. Het besef dat dit met elkaar te maken had sloeg opeens in en ik wilde echt dat dit veranderde. Ik probeerde zin te maken. Maar dit werkt echt niet als iemand je broek letterlijk en figuurlijk achterna zit.
De verandering die ik niet zag aankomen
Na een half jaar therapie en touwtrekken met mijn ex, was ik bang dat intimiteit iets was waar ik nooit meer van zou kunnen genieten. En dat vond ik nu wel erg, het was immers wel iets wat ik ooit fijn had gevonden. Toen ik S.C. leerde kennen en we samen in een relatie stapten, was ik zo vreselijk bang voor wederom een herhaling. De eerste twee maanden was er niets aan de hand, maar daarna werd ik bang. Zou dit wel zo blijven? Het was fijn, anders dan ik gewend was. Dit was meer dan gewoon lust. Vertrouwen was er al vanaf dag één, ook in de slaapkamer. En natuurlijk alle therapiesessies die ik besteed heb aan intimiteit. Was dit dan écht anders?
We zijn nu bijna 5 maanden samen, de intimiteit is nog nooit zo fijn geweest. De seks gebeurt echt niet dagelijks, maar we knuffelen regelmatig. Film kijken doen we hangend op de bank, lekker tegen elkaar aan en zo af en toe een kus tussendoor, gewoon omdat het kan. S.C. weet van mijn moeilijke verleden en heeft vanaf dag één gezegd dat seks niet het belangrijkste is in een relatie. Intimiteit is een heel ander verhaal nu!
Zoek grenzen, doe eens gek!
Dit alles maakt het voor mij anders dan mijn vorige relatie. Seks is leuk, maar moet (en mag) geen verplichting zijn. Het helpt voor mij ook dat we erover kunnen praten als het nodig is. Maar praten doen we er bijna niet over, uitproberen wel. Nog zoiets wat het voor mij anders maakt: doe eens gek, probeer iets nieuws! Doe een mooi lingerie setje aan (en doe eens gek, kies ook een jarretelgordel bij je setje uit), trek die handboeien uit de kast of ga samen naar een erotiekshop. Maar ga nooit, en dan ook echt nooit, over je grenzen heen! Schep duidelijkheid naar je partner, dat maakt het voor beiden makkelijker om ermee om te gaan. En spreek af dat als het voor één van jullie ongemakkelijk wordt, jullie stoppen met wat je aan het doen bent. Anders is het vertrouwen en goede gevoel misschien voor altijd verdwenen.
En nog 1 tip die ik wil meegeven, samen met dit nummer: zelfvertrouwen! Neem dat mee als je de deur van de slaapkamer dichttrekt met je lief. Hij, of zij, kiest voor jou. Je partner vindt jou sexy, gebruik dat! Het liedje is Hell on heels van de Pistol Annies. Trek je hakken aan onder je setje en neem deze attitude mee!
Liefs, Renée x
Voordat ik mijn burn-out kreeg was ik een onzeker meisje. Zat het liefst achteraan in de klas, stond bij dansen achteraan op het podium en ging confrontaties uit de weg. Dat zorgde ervoor dat ik niet meer voor mezelf op kwam. Van kleine dingen zoals; “Wat wil je eten vanavond?” tot aan “We hebben je nodig op het werk morgen, kun je extra werken?” Ik liet alles aan anderen over. Tot een jaar geleden.
Mijn ARBO-arts liet mij een assertiviteitscursus volgen. Dat vond ik zo eng, dat ik dat individueel mocht doen. Het zouden 5 afspraken van een uur zijn, maar ik kreeg niet het idee dat, dat genoeg zou zijn: er moest veel meer aan mij gesleuteld worden dan die paar uurtjes…
Het verloop
De eerste dag stapte ik met trillende handen het gebouw binnen. Niet wetende wat me te wachten stond en wie mij zou helpen. Na zo’n 10 minuten komt er een dame binnen en ik hoor mijn naam. Hoppa, hartslag naar de 200 slagen per minuut, daar gaan we dan.
We bespreken waar ik tegenaan loop en ze geeft me tips. Rustig aan beginnen met veranderingen aanbrengen. Ook geeft ze me de opdracht het boek ‘Beren op de weg’ te lezen. Het boek kan ik zeker aanraden, ik heb er echt meer inzicht door gekregen!
Na vier afspraken merk ik zelf echt verschil. Daar sta ik van te kijken, want van tevoren dacht ik echt dat het te weinig was. De vijfde is meer een evaluatie en ik merk dat ik trots ben op mezelf. Ik kies vaker voor mezelf en durf meer te zeggen. Maar ruzie maken, confrontaties aangaan, dat is nog te spannend. Daar geef ik mezelf nog tijd voor.
De juiste mensen om mee te praten
Wat het voor mij nog makkelijker maakt, is dit aangeven bij mijn naasten. Ik leg uit dat ik aan mezelf werk en dat ik minder onzeker wil zijn over mijn kunnen. Dat ik confrontaties aangaan moeilijk vind en dichtklap tijdens een ruzie.
De meeste mensen houden hier nu rekening mee. Als ik nu een discussie of ruzie heb met bijvoorbeeld mijn partner, geeft hij me tijd om woorden te vinden en loopt hij niet over me heen. Maar wat nog belangrijker is, is dat hij me helpt om mijn angsten te overwinnen.
Doen wat je moeilijk vindt, maar wat je wel graag wil
Een ander ding waar ik vreselijk tegenaan loop, nog steeds, is nieuwe dingen. Dan kan zijn: uiteten gaan in een onbekend restaurant, op visite bij iemand waar ik nog nooit geweest ben, een feestje waar ik vrijwel niemand ken. Het zijn allemaal dingen waar ik nachten van kan wakker liggen. En helaas doe ik dat ook vaak.
Toen ik hier net mee aan de slag ging, gaf ik toe aan het gevoel en bleef ik thuis. Alles was beter dan de stress die ik zou hebben als ik daar heen zou moeten! Nachten wakker, continue nadenken of ik wel of niet ga en hoe ik het dan moet afzeggen. Maar ik werd zo moedeloos door die beperking, dat ik weer ging nadenken over mijn assertiviteitscursus. Wat kan ik daaruit meenemen, om hierin beter te worden?
Doorzetten en communiceren
Ik probeer te praten over hoe dit alles me tegenhoudt. Het helpt heel erg mee dat mijn partner, ouders en schoonouders hiervan af weten. Dat maakt het zo veel makkelijker om met hen ergens naartoe te gaan. Zo had ik afgelopen weekend een feest. Mijn zwager en schoonzus waren 12,5 jaar getrouwd. Er zouden veel mensen komen en vrijwel iedereen was voor mij onbekend.
Ik vertel in de auto aan mijn partner dat ik erg veel zenuwen heb, hij zegt dat het echt wel goed komt. Hij kent ook niet iedereen en zal bij me blijven tot ik op mijn gemak ben. Zodra we binnen zijn, krijg ik van hem nog een compliment dat ik er mooi uitzie, wat natuurlijk wel een beetje helpt! Ook mijn schoonmoeder doet haar best om me op sleeptouw te nemen. Na ongeveer 2 uur zenuwen gehad, ben ik redelijk op mijn gemak en doe ik zelfs nog een dansje met mijn schoonzus.
Ik weet dat ik dit kan
Na afloop ben ik erg blij dat ik geweest ben. Dit zijn ook de momenten waar ik het voor doe. Ik geniet steeds meer van deze uitjes. De eerst 1 tot 2 uur zijn het moeilijkst, maar zodra ik de kat uit de boom heb gekeken en wat mensen heb gesproken, kan ik genieten en een leuke dag of avond hebben. Nu dit duidelijk is, lig ik er ook minder wakker van! Misschien zal het nooit helemaal zonder zenuwen gaan, maar zoals het nu gaat, ben ik meer dan tevreden. Ik sluit mezelf niet meer op.
Worstel jij hier zelf ook mee en red je het niet alleen? Zoek iemand die een training geeft. Misschien kun je daarna ook weer genieten van uitjes en wordt je zelfverzekerder.
Het nummer van deze week is een cover van Reamonn. Supergirl van Jan Nedvěd. Waarom niet het origineel? Omdat deze van zacht naar uitgesproken gaat en weer terug. Net als hoe ik me voel.
Ook een kleine update naar aanleiding van mijn vorige blog. Mijn vader heeft de eerste twee bestralingen gehad en tot dusver gaat alles zoals het hoort te gaan! Goed nieuws dus. Nog twee bestralingen te gaan en dan hopen dat het allemaal aanslaat.
Liefs, Renée x
Lieve allemaal. Deze week wil ik mijn blog gebruiken om van me af te schrijven.
Er zijn een aantal telefoontjes die je niet wil ontvangen. Zo’n telefoontje waarbij je op je scherm kijkt en je blij wordt dat die persoon aan je denkt, totdat je opneemt en je hoort dat er iets mis is.
Het nieuws
Zo’n telefoontje ontving ik op 27 juni om 13.18 uur dit jaar. Ik was net onderweg naar huis van het boodschappen doen. Het was een mooie, warme dag dus ik had besloten even te wandelen. Zodra ik het winkelcentrum uitstap, wordt mijn muziek onderbroken door een inkomend gesprek. Ik zie dat het mijn vader is en neem vrolijk op. Het gesprek begint zoals alle andere, maar ik hoor iets anders in zijn stem. Na de vragen “hoe is het?” en “ga je nog iets doen vandaag?” slaat het nieuws in als een bom. Hij is in het ziekenhuis geweest en de uitslagen ervan zijn niet goed. De stilte tussen deze mededeling en de uitslag lijkt minuten te duren, terwijl het in werkelijkheid misschien 3 seconden was. “Prostaatkanker.” Direct krijg ik te horen dat het een beginstadium is en dat het allemaal goed komt, maar alles wat ik denk is: mijn vader is ziek.
De eerste minuten sta ik voor me uit te staren op de dijk. Even niet wetend wat ik met deze informatie moet doen. Ik vervolg mijn weg naar huis met de boodschappen en stuur mijn vriend een berichtje dat het niet goed gaat, dat ik net mijn vader heb gesproken. Gelukkig ziet hij kans om me te bellen, want hij was natuurlijk gewoon aan het werk. Nu ik mijn verhaal doe aan S.C. komt het nieuws een beetje binnen. Gelukkig ben ik bij hem vanavond, ik wilde echt niet alleen zijn.
Ontkenning
De weken die volgen voelen raar. Ik probeer het een beetje te verdringen, alsof mijn vader gewoon nog die gezonde man is, die eigenlijk nooit iets heeft. Ja, een hoge bloeddruk. Waarvoor hij onder behandeling is, maar verder gaat het best goed eigenlijk. Verder heeft hij nooit iets.
We spreken elkaar deze tijd niet heel veel. Deels omdat ik verder geen nieuwtjes heb, maar ook omdat ik bang ben dat de diagnose me opeens onderuithaalt. Er is ook bijna niemand die weet wat er gaande is. Alleen mijn partner, moeder en een vriendin weten ervan. En ook zij laten het onderwerp voor wat het is, tenzij ik er zelf over begin.
Acceptatie
Begin september hoor ik dat er nieuwe onderzoeken aankomen. Ik raak een beetje aan het idee van de kanker gewend en ik probeer het niet meer te ontkennen. Het is er en ik zal proberen mijn vader te helpen waar nodig. We bellen wat meer en ik krijg informatie over wat er allemaal gaande is. Ondanks dat mijn vader absoluut geen prater is, vertelt hij steeds meer. Wat het met hem doet en hoe het ervoor staat.
Ze zijn per toeval op de kanker gestuit. Door de bloedonderzoeken in verband met de bloeddruk en kans op diabetes, werd er voor de zekerheid nog een extra onderzoek gedaan op kwaadaardige cellen. Hier kwam een verhoogde waarde uit, dus toen werd hij doorverwezen. Dus eigenlijk was het maar goed dat hij last van zijn bloeddruk had, hoe stom dat ook klinkt. Want misschien waren we er anders pas in een later stadium achter gekomen.
Spannende tijden
Eind september zijn mijn vader en zijn vriendin nog lekker een weekend weggeweest naar Barcelona. Fijn om te horen dat dat nog even kon voordat alles in het ziekenhuis zou gaan beginnen.
Op 5 oktober werden er markers geplaatst in de prostaat, deze zorgen ervoor dat de bestraling nauwkeurig kan worden uitgevoerd. De dinsdag erna hebben ze kennis gemaakt met de machine die de bestraling gaat uitvoeren. Ze noemen het een CyberKnife, hier zijn er maar 2 van in Nederland en worden voornamelijk ingezet om hersentumoren te bestrijden.
Om de bestralingen zo effectief mogelijk uit te voeren zijn er vorige week, op 17 oktober, een CT scan en een MRI scan gemaakt. Plus een op maat gemaakt matras om de 4 bestralingen, in 4 opeenvolgende dagen, zo makkelijk en comfortabel mogelijk te laten verlopen.
Het is nu echt bijna zo ver
Nu wachten we op een oproep, maar die zal niet lang duren. De verwachting is dat hij binnen anderhalve week zijn eerste bestraling zal hebben. Hoewel mijn vader graag alles alleen doet, ik lijk wat dat betreft wel heel erg veel op hem, heeft hij me toch gevraagd om de laatste bestraling mee te gaan. Natuurlijk doe ik dat! Ik zal er alles voor over hebben om ervoor te zorgen dat mijn vader beter wordt en als dit is waar ik mee kan helpen, dan zorg ik ervoor dat ik er voor hem kan zijn.
Ondanks dat ik weet dat de verwachtingen goed zijn, vind ik het nog steeds heel moeilijk om ermee om te gaan. Ik probeer meer met mijn partner erover te praten, want het beïnvloed soms heel abrupt mijn stemming. Ook heb ik de dag van de MRI met mijn vader en zijn vriendin over dit onderwerp gepraat. Dat was echt heel fijn!
Het nummer van deze week is Papa van Chantal Jansen. Ik kies niet voor het origineel omdat die door een man is gezongen. Deze voelt voor mij een stuk beter aan!
Pap, ook hier komen we doorheen. Jij en ik, samen met de mensen die dicht bij ons staan. Ik hou van jou!
Liefs, Renée x
Over het boek
The Alchemist is één van mijn lievelingsboeken en is het eerste boek dat ik aanraad als iemand vraagt ‘welk boek moet ik lezen?’. Het boek gaat over een jonge herder genaamd Santiago, die op zoek gaat naar zijn ‘eigen legende’, het doel van zijn leven. De jongen besluit hiervoor een verre reis te maken, tijdens deze reis leert hij naar zijn hart te luisteren en de ‘taal’ van de wereld te spreken. Een betoverend verhaal, maar ook een heel leerzaam verhaal. Dit is wat ik eruit heb gehaald:
#1 Heb vertrouwen
Je weet misschien nog niet wat jouw ‘legende’ is. Ik weet het ook nog niet, maar wat ik wel weet is dat je het jezelf een stukje makkelijker maakt door vertrouwen te hebben in jezelf en je wensen en dromen. Wanneer je iedere dag je best doet en geniet van de stappen (en fouten!) die je maakt, vind je uiteindelijk iets wat bij je past. Of het nu gaat om een opleiding, een baan of misschien wel een vriendschap/relatie: heb vertrouwen. Uiteindelijk valt alles wel een keer op zijn plek.
#2 Angst is een groter obstakel dan het obstakel zelf
In het boek gaat Santiago keer op keer de uitdaging aan. Hoewel hij zeker bang is voor het onbekende, maakt hij toch steeds de keuze om door te zetten. Ongeacht zijn onzekerheden en angsten. Hoe vaak ben je niet bang/zenuwachtig geweest voor iets en viel het achteraf hartstikke mee? Ik kan voor mijzelf wel een hele lijst maken van zulke momenten. Laat je angst je niet weerhouden van het maken van die keus, je zult zien dat het achteraf vrijwel altijd minder eng is dan je van te voren dacht.
#3 Dankbaar zijn voor je ‘gewone’ leven
Om deze te snappen, raad ik je aan het boek te lezen en op die manier uit te vinden wat ik hiermee bedoel ;).
“When someone makes a decision, he is really diving into a strong current that will carry him to places he has never dreamed of when he first made the decision.”
#4 Focus op jezelf
Maak de keuzes voor jezelf ongeacht wat anderen denken. De juiste mensen blijven toch bij je. Het lijkt misschien eng om adviezen en opmerkingen van anderen in de wind te slaan. Maar als ik iets heb geleerd van ‘The Alchemist’ is dat alleen jij jouw pad kan bepalen.
#5 Niet compenseren op jouw dromen en wensen
En last but not least, compenseer niet op jouw dromen en wensen! Anderen kunnen misschien zeggen dat het onhaalbaar is, of misschien is dat wel datgene wat jij jezelf steeds aanpraat. Luister niet naar die kritische stemmen: ga voor wat jij wil. En heb je weer even een reminder nodig of een steuntje in de rug, pak ‘The Alchemist’ er weer eens bij.
Welk boek raad jij iedereen aan?
Met gezonde spanning deed ik de deur van het klaslokaal open. Baf! Ik zag een volle bak met rumoerige mensen in een kleine zaal voor me. 28 Ogen keken me vol verwachting aan. Angst!
In een fractie van een seconde schoot ik in de stress. Ik sloeg mijn wijd gesperde ogen omlaag, voelde mijn lichaam krommen en kroop in een zo klein mogelijke bubbel. Onhandig als een schooljongen friemelde ik met mijn tas, probeerde onopvallend mijn spullen eruit te halen terwijl het zweet op mijn rug stond. Ik wilde onzichtbaar zijn. Het liefst wegrennen. Maar daar stond ik nu, sukkeltje te wezen.
“Regie nemen!” dacht ik. “Schakelen, nu! Niet heimelijk maar stevig, met kracht”, raasde het streng door mijn hoofd. “Oh dit wordt niks”, zei de criticus, “je kunt het toch niet.” De paniek stond nu echt op het punt om los te barsten. “Heb je dan niets geleerd van al die jaren therapie?” vroeg ik me af. “Rustig maar”, zei de barmhartige, “het komt wel goed.” Ik haalde diep adem.
En toen gebeurde het: ik nam een besluit. Ik rechtte mijn rug, richtte mijn hoofd omhoog en keek de klas rond. Heel bewust nam ik bezit van de ruimte die ik innam terwijl ik de tijd nam om iedereen aan te kijken. Met oogcontact zei ik ‘goedenavond, ik ben de docent’. Doodeng, maar het voelde ook goed. Trots was ik ook op mezelf en voorzichtig stroomden moed en kracht mijn lichaam in. Ik zei dat ik het altijd erg spannend vind, de eerste les. Mensen knikten herkennend en begripvol. Het ijs was gebroken en ik stapte mijn rol in. In gedachten dankte ik mijn dramatherapeut.
Gevloerd door angst
Dat ging vroeger wel anders. Dan werd ik gevloerd door de angst. Ik zette het op een lopen en kroop onder een steen. Het duurde dan weer heel lang voor ik een nieuwe poging durfde te ondernemen. Ik heb veel therapie gehad, waaronder cognitieve therapie. Dat was een goede manier om bewust te worden van de verstoorde wijze waarop ik blijkbaar naar de wereld keek, naar anderen en naar mezelf. Mijn sociale angst kwam voort uit zo’n verkeerde manier van denken en oordelen. De angst versterkte op zijn beurt weer deze verstoring. Zo bleef ik in een vicieuze cirkel ronddraaien. Cognitieve therapie heeft zeker mijn extreme angsten verminderd maar het bleef wel erg, tja, cognitief, rationeel allemaal. En ik zat al zo in mijn hoofd, een hoofd op pootjes dat last had van dat angstige lichaam.
Introductie tot dramatherapie
Zo kwam ik bij dramatherapie terecht. Wat een wereld van verschil. Daar was veel aandacht voor het lichamelijke aspect van mijn sociale angst. Niet zozeer in biomedische als wel in existentiële zin. Hier leerde ik oefenen in concreet bestaan, sociaal aanwezig te zijn met heel mijn wezen: ziel en lichaam – om het maar eens zweverig te zeggen. Maar dramatherapie was helemaal niet zweverig. Juist super concreet. Er werden sociale situaties uitgewerkt, mee geoefend en voelbaar gemaakt. Eerst dacht ik nog dat het er dramatisch en theatraal aan toe zou gaan. Ja, soms vielen er tranen, harde woorden, intense emoties. Het waren immers echte gebeurtenissen uit de eigen ervaringen van mij en de groepsgenoten. Dat was soms heftig.
Maar we deden ook vaak spelletjes. Ja spelletjes! Zoals kinderen doen op de speelplaats. Super eng als je een sociale fobie hebt. Tikkertje, rare geluiden maken, of stoelendans, hints, en meer sociaal zichtbare activiteiten – exposure! Mijn trauma’s werden flink getriggerd maar die spelletjes leidde ook vaak tot hilarische momenten. Zo leerde ik het speelse kind in mij herkennen en het de vrije loop te laten. Iets dat ik nooit geleerd had ruimte te geven.
De weg vooruit
Dramatherapie was al met al erg confronterend, sociaal zichtbaar en emotioneel. Maar bovenal was het voor mij zeer leerzaam en helpen. Ik leerde mijn lichaam door en door kennen, eraan te wennen, erin te wonen. En het was ook heel relativerend op een niet rationele manier. Keer op keer oefenen met aanwezigheid, zichtbaarheid en ervaren wat je daarbij voelt, hoe je lichaam reageert, was enorm helpend en helend. Na twee jaar ben ik gegroeid, persoonlijk erg veranderd, zowel in mijn denken als in mijn lichaam. Mijn lichaam en geest zijn weer één – om het maar weer zweverig te zeggen.
“Fantastisch!” zou je zeggen. Pfff, helaas. Zo zonnig is het nu ook weer niet. Angst zal altijd wel een onderdeel van mijn leven blijven. Dat blijft een bittere pil om te slikken. Echter, zodra ik in sociale situaties weer paniekgevoelens ervaar, kan ik het nu wel vaker een plek geven in mijn lichaam. Ik kan erop vertrouwen dat ik het aan kan, dat ik blijf (be)staan. En als ik dan toevallig weer struikel, val in angst en beven, dan recht ik mijn rug, hef mijn hoofd omhoog, kijk recht in de ruimte om me heen en haal diep adem. Zo durf ik weer ergens binnen te komen.
Gesprekken bij het UWV lopen altijd anders dan je wil. Bij mijn eerste gesprek werd er gezegd dat ik 20 uur zou kunnen werken, met beperkingen. Maar, ik zou in mijn eigen branche niet terecht kunnen omdat ik geen klantcontact mocht hebben en het zou daarnaast ook lichamelijk te zwaar. Dit houdt dus in dat ik aan het einde van de rit toch weer was afgekeurd…
Ik wilde door, zij niet
Het tweede gesprek wilde ik heel anders laten lopen. Papieren van school, hulp van een werkgever. Ik was er klaar voor om aan mijn nieuwe leven te beginnen, hoe eng ik het ook vond. Ik was nog niet klaar met de therapie, was nog veel moe, had last van woedeaanvallen en mijn concentratie was nog steeds rond het nulpunt. Maar ik wilde dit zo graag.
Helaas waren de dames van het UWV het er niet mee eens. Omdat ik die beperkingen opgelegd had gekregen, wilde ze niet dat ik mijn oude werk weer zou oppakken en ook nog met een studie erbij zou volgens hen te zwaar worden. Normaal had ik me erbij neergelegd, maar na de assertiviteitstrainingen wist ik dat ik voor mezelf op moest komen. Dus: met duidelijke argumenten, zoals hulp van mijn werkgever en therapietrouw zijn, kreeg ik ze zo ver dat ik in september mocht starten met school én 16 uur werken.
Dit gesprek vond plaats in april, de tussentijd moest ik gebruiken om uit te rusten, therapie te volgen en me goed voorbereiden op de periode die eraan kwam. Ook werd er van mij verwacht dat ik iedere maand een update zou sturen naar mijn contactpersoon van het UWV. Ik was zo opgelucht toen ik daar wegging. Er viel een last van mijn schouders, ook al wist ik dat er een drukke en zware periode aan zou komen. Gelukkig, kon ik direct starten met het voorbereiden.
De eerste stap naar werk
De weken erna was ik vreselijk aan het twijfelen. Kon ik dit wel aan? Werd het niet te zwaar? Was ik er wel echt klaar voor? Voor mijn toenmalige partner kon het allemaal niet snel genoeg gaan. Die vond dat ik maar alvast die 16 uur moest gaan werken om ervaring op te doen. Maar mijn moeder gaf aan dat ik het echt in mijn eigen tempo moest doen en met haar kon, en kan, ik er goed over praten. De tijd van werken en studeren stond al in de agenda, dus om nu al te gaan rennen had ook geen zin.
Zo sprak ik met mijn opticien af dat ik iedere donderdag, na mijn therapie-ochtend, een halve dag kon meedraaien in de winkel. Zodat ik op eigen tempo en zonder druk weer in het bedrijfsleven kon stappen. Dat was echt een uitkomst. De eerste weken waren heel zwaar, al die nieuwe indrukken! Dat maakte het nog spannender om aan de studie te gaan beginnen, maar ik had het zo naar mijn zin, dat dat stukken zwaarder woog en ik zeker wist dat ik dit wilde!
Open- en eerlijkheid
Mijn opticien (waar ik klant ben, geen werknemer) kent mijn achtergrond, ik had alles verteld toen hij aangaf te willen helpen. Omdat ik voor iedereen duidelijkheid wilde scheppen over waarom werken zo zwaar was en ik het echt rustig aan moest doen, zonder dat er verwachtingen waren.
Toen de weken voorbijgingen, met slapeloze nachten omdat ik niet wist hoe ik het allemaal moest gaan doen, trok ik de stoute schoenen aan. Ik moest immers een werkplek hebben voor mijn opleiding. En het klikte zo goed met mijn “collega’s”, ik wilde daar werken! Na een uur praten kwam het verlossende zinnetje: “We hebben erover nagedacht en we willen je een jaarcontract aanbieden.” Nou, ik kon wel janken. Ik zag opeens mijn toekomst een stuk beter in!
Stappen in de juiste richting
Toch werd de druk vanaf dat moment hoog, gevoelsmatig. Vanaf toen moest ik weer gaan presteren! De druk en stress van thuis kon ik niet meer aan, dus dat was zeker 1 van de redenen dat ik ben weggegaan bij mijn toenmalige partner. Ik wist dat mijn toekomst nu echt beter zou worden, maar dan wel zonder hem. Het voelde niet meer goed en ik kreeg steeds meer het idee dat ik een blok aan zijn been was.
Daarbij leerde ik ook iemand kennen die me juist stimuleerde en steunde in alles. Deze situatie, was met alles wat er nog omging in mijn hoofd, heel lastig. Gelukkig had ik mensen die onafhankelijk luisterden en probeerde te helpen, dit heeft me er zeker doorheen getrokken. De uiteindelijke beslissing, om bij mijn toenmalige partner weg te gaan, heeft me heel goed gedaan. Ook met betrekking op de burn-out. Ik voelde me een stuk rustiger, zat wat beter in mijn vel en leek meer energie te hebben.
Wel had ik nog veel last van stemmingswisselingen. Ik ging van ontspannen naar chagrijnig of boos zonder dat ik wist waarom. Daaraan merkte ik wel dat het allemaal heel diep zat. Ik ben gaan luisteren naar deze gevoelens en begrijp mezelf nu ook een stuk beter. Ik accepteer nu dat ik er nu nog niet ben, maar wel hard op weg ben naar mezelf.
Nu ik dit voel en mezelf tijd geef, gaat het een stuk beter. Ik ben vrolijker, geniet weer van dingen en maak nieuwe vrienden. Stuk voor stuk nemen ze me zoals ik ben en kan ik mijn gevoelens uiten, zonder dat het mooier gemaakt moet worden. Hebben ze er een mening over, dan moeten ze dat vooral uiten. Maar het doet me een stuk minder dan voorheen. Motorrijden kan eindelijk weer, boeken lezen gaat stapje voor stapje beter en mijn vriend en ik gaan bijna iedere week naar de motor vriendenclub.
Ik ben begonnen op mijn werk en met mijn studie. Ja het is zwaar, maar wat geniet ik van mijn inmiddels “normale” leven!
Mijn leerproses
Wat ik zelf van deze burn-out heb geleerd, is dat de mensen om je heen belangrijk zijn en dat je heel erg naar je lijf moet luisteren. Niet denken dat je het allemaal wel aan kan. De stemmetjes die zeggen: “het is maar een beetje moeheid”, “je concentratie komt wel weer terug” en “gewoon doorgaan, je bent te jong om thuis te zitten, niet zo zielig doen” moet je opzijzetten. Ik hoorde dit tot het moment dat ik echt instortte. En toen was het te laat. Je leven staat op dat moment echt op pauze, maar daar leerde ik ook mijn echte vrienden kennen.
Ik hoop dat iedereen die dit leest meer inzicht heeft gekregen in een burn-out. Of je het nu zelf mee hebt gemaakt, of iemand in je directe omgeving. Er zit echt meer achter dan het zinnetje: “ik ben moe”.
Het liedje van deze week: Causes – Where does love go. Waarom? Het heeft me aan het denken gezet. Ik heb veel tranen gelaten, voor liefde, voor verlies, uit frustratie. Maar het heeft me sterker gemaakt. De tweede reden is omdat dit het nieuwe nummer is waar mijn dansdocente een choreografie op aan het maken is. Ik vergeet in dit ene uurtje per week even alle negativiteit en geniet ik volop. Heel cliché misschien, maar met in gedachte mijn partner. Echt een uur voor mijzelf!
Bedankt weer voor het lezen!
Liefs, Renée x
Vandaag de dag hoor je veel mensen over een burn-out. De voornaamste dingen die ik erover lees zijn dat mensen moe zijn en niets willen, gepaard met paniekaanvallen. Maar: er zit zeker meer achter dan alleen die dingen. Deze week wil ik jullie een kijkje geven in mijn opbranding en wat er allemaal omheen gebeurde.
Waar ging het mis?
Voordat ik mij ziekmeldde bij mijn werkgever, vond ik dat ik het allemaal wel aankon. Extra werken, veel druk van de managers en conflicten op de werkvloer. Daarnaast wilde ik mijn PTSS laten voor wat het was, ik was het aan het negeren. Dat, dat nog aan het pushen was had ik dus niet eens door. Ja, ik was altijd moe en moest moeite te doen om vrolijk te doen, maar ik dacht dat het gewoon een fase was. Dus naast mijn 32 uur contract, werkte ik vaak nog een dag extra of werkte ik een paar uurtjes over.
De dagen voorafgaand aan mijn afspraak met de huisarts heb ik veel getwijfeld: moet ik wel of niet gaan? Ik voelde me een zwakkeling. En zelfs toen ik die dinsdag in de wachtkamer zat, wilde ik nog weglopen met het gevoel dat ik me aanstelde.
Toen ik binnengeroepen werd, sprak ik mezelf toe: “je doet je verhaal, zonder te huilen en je gaat er niet mee akkoord als ze vindt dat je een pauze moet nemen!” We gingen aan tafel zitten. Ik vertelde dat ik gewoon even mijn gevoelens wilde delen en dat ik het gevoel had dat zij de juiste was om mijn verhaal bij te doen. Na nog geen 3 minuten kan ik mijn tranen niet meer bedwingen. Mijn huisarts zegt mij dat ik mij echt ziek moet melden. Ik ga er niet eens tegenin. Ik bel mijn werk en met lood in mijn schoenen vertel ik dat ik een tijdje thuis zal zijn.
De eerste week wil ik niets, huil ik veel en voel ik me het meest nutteloze wezen op aarde. Er komt veel op me af, maar ik sla niets op. Ik weet dat er allemaal gesprekken aan komen, maar daar ben ik helemaal niet mee bezig. Boeken lezen lukt me niet, het huishouden kan me gestolen worden en ik wil me verstoppen zodat niemand me zo ziet.
Stap één
Het gesprek bij de GGZ. Met lood in mijn schoenen ga ik het gesprek aan. Van het gesprek is me echter niets bijgebleven, ik herinner mij alleen hoe ze eruitzag. Ik vond het vooral tijdverspilling: uitrusten is een beter tijdverdrijf, ik ga binnenkort toch weer aan het werk. Wat ik nog wel goed kan herinneren is dat ik thuis als een blok in slaap viel, het gesprek was dus toch intensiever dan verwacht.
Stress! Heel veel stress! Want wat nu?
Zonder dat ik het doorheb gaan de eerste weken voorbij. Al snel volgt ook de uitnodiging van de Arboarts. Mijn eerdere ervaring met de bedrijfsarts was een ramp en ik ben bang dat dit een herhaling wordt van toen.
Gelukkig ging dit gesprek helemaal anders en gaf zij aan dat ik mijn klachten serieus moest nemen. In haar rapport kwam het volgende te staan: minimale tijdsduur van uitval is 2 tot 3 maanden. Tijdens dit gesprek raadt de bedrijfsarts mij aan om me te melden bij een psycholoog: haar collega, waarmee zij nauw samen werkt, zodat zij mij samen kunnen helpen.
Ik ga akkoord en de eerste afspraak volgt snel: heel veel zenuwen en tegenzin gieren door mijn lijf. Het gesprek is onwennig en emotioneel verwarrend. Ik doe mijn verhaal, alsof het niet de mijne is, zoals ik al jaren doe. De psycholoog biedt mij een assertiviteitstraining aan en die pak ik aan. En daar heb ik zo vreselijk veel spijt zodra ik de deur dichttrek! Maar teruglopen en het weigeren doe ik ook niet. Dat durf ik ook weer niet… Hierdoor ben ik weer weken van slag, dit wil ik niet!
Tussen de afspraken door
Schaamte, één van de emoties die ik constant voel. Ik wil niet dat mensen om mij heen weten dat ik een burn-out heb. Met mijn ouders en familie praat ik wel, maar verder wil ik het er niet over hebben. Doordat ik nergens energie voor heb, voel ik mij ook echt vreselijk nutteloos. Huishouden gaat niet, met vrienden afspreken doe ik niet en naar buiten gaan doe ik alleen als het echt moet. Helaas gaat dit samen met veel onbegrip. Mijn toenmalige partner vond een burn-out een modeverschijnsel en onzin. Het huishouden was volgens hem niet zwaar (elke dag iets doen kan makkelijk) en probeer binnenkort maar weer een paar uurtjes te gaan werken, zal goed voor je zijn!
Stap voor stap vooruit
De assertiviteitstraining ging goed, zonder dat ikzelf verbetering zag, waren anderen zeker wel onder de indruk. Inmiddels zat ik ook bij PsyQ, druk met therapie, en daar viel het de mensen om me heen ook op. Ik kwam meer voor mezelf op en durfde meer los te laten. Maar ondertussen voelde ik mezelf nog steeds erg moe en kon ik maar niet accepteren dat het was zoals het was. De Arboarts had van de “3 maanden afwezigheid” al “langdurig proces” gemaakt. Het contact met mijn werk was erg slecht. Ik belde naar mijn werkgever voor updates, maar hijzelf vond het waarschijnlijk niet belangrijk. Dat zorgde ervoor dat ik inzag dat ik dit echt goed moest doen, voor mezelf. En als het dan langdurig afwezig zou worden, jammer dan.
Met dit besef merkte ik zelf eindelijk verandering. Ja, ik was nog steeds moe, maar sprak met mijzelf af dat ik elke dag even naar buiten zou gaan. Boodschappen deed ik dan ook per dag, zodat ik wel moest. Ook ging ik meer doen met vrienden en werd opener over wat me was overkomen. Het begrip kwam van mijn familie, die hebben mij gesteund waar mogelijk. Ik ben ze zo dankbaar!
Geen contract verlenging
Mijn werkgever zette me op straat toen mijn contact af liep. Vanaf dat moment was ik mijn doel kwijt en ook de zin om hard te werken. Alles bij elkaar zorgde ervoor dat ik een uitvlucht zocht. Drank. Ik dronk iedere dag een flesje wijn, minimaal. Bij het UWV word ik volledig afgekeurd en kom ik officieel in de ziektewet met uitkering. Vreselijk! Ik voelde me steeds slechter en besloot met mijn moeder te praten. Ik ben eerlijk geweest over het drinken, de worstelingen die ik vanbinnen had en hoe nutteloos ik me voelde. Er waren goede dagen, maar ook diepe dalen. Dan leek het alsof ik weer volledig terug bij af was. Mijn vriendinnen liet ik bijna niets weten, ik was klaar met mijn negativiteit delen. Gelukkig kreeg ik goed advies van mijn moeder in verband met mijn vriendschappen en hebben we afgesproken dat ik een opleiding moest zoeken, met financiële hulp van haar.
Nadenken over je toekomst
Zogezegd, zo gedaan. Stoppen met drinken, informatie boeken opvragen van school en hard nadenken. Na een aantal maanden zakt het schaamtegevoel van de burn-out en krijg ik een idee wat ik wil gaan doen. Zo ga ik bij mijn opticiën langs om te praten, misschien is dit wel iets voor mij. Na een superleuk gesprek en een aantal dagen meekijken op de werkvloer besluit ik een afspraak te maken op school. Daar ben ik eerlijk over de situatie en we kijken samen naar de mogelijkheden betreft het invullen van mijn studie. Met deze informatie (en de toelating van de opleiding!) ga ik weer naar het UWV maar zij doen moeilijk. Eigenlijk willen ze me nog een jaar afkeuren.
Hoe dat allemaal gegaan is, en hoe het nu gaat, vertel ik jullie volgende week!
Het nummer is van Racoon – Almost made it.
Vergeet niet over je burn-out te praten, dat is heel belangrijk zodat de mensen om je heen weten wat er aan de hand is. Als mensen negatief reageren zegt dat meer over hun dan over jou, hou dat in gedachte!
Liefs, Renée
Iedereen kent ze wel: nachtmerries. Vaak blijft het er bij één in een lange periode, schrik je wakker, draai je je om en slaap je weer verder. Maar wat nou als die nachtmerries blijven? Iedere nacht en de hele nacht lang? Niet wakker kunnen worden als het heel spannend wordt, zoals ‘normale’ mensen, maar erin blijven hangen?
Het probleem
Waar het begonnen is durf ik niet specifiek te zeggen. De nachtmerries waren er opeens. Vier maanden lang schrok ik iedere nacht wakker van de heftige beelden die mij meester maakten als ik lag de slapen. Vaak kon ik me niet meer herinneren wat ik had gedroomd, maar de angst voelde ik nog wel in mijn hele lijf. Na die maanden was het van de ene op de andere dag over en sliep ik weer redelijk normaal.
Na een half jaar begon het weer. Deze keer ging het acht maanden lang door. Nacht na nacht de vreselijkste nachtmerries vanaf het in slaap vallen tot aan de wekker. Ik droomde over hoe ik in het water sprong en spontaan niet meer kon zwemmen. Ik verdronk en werd pas wakker toen ik onder water bijna het bewustzijn verloor. Schietpartijen midden op straat en tijdens het wegrennen 2 keer in mijn rug geschoten. Ik weet niet hoe dat in het echt moet voelen, maar 3 dagen lang voelde ik de kogels prikken in mijn rug.
Naast de gewelddadige nachten, droomde ik ook over mijn familie. Maar dan over totale paniek omdat ze me niet meer herkenden. Ze liepen me voorbij op straat, of kwamen een ander kind van school halen in plaats van mij.
Ik was zo moe en sliep hierdoor zo slecht, dat ik medicatie kreeg. Dat was een paar nachten leuk, maar hierdoor werd ik echt niet meer wakker tijdens een nachtmerrie en werd ik badend in het zweet wakker, met vreselijk veel angst in mijn lijf. Dus ik was snel weer van de slaappillen af, dit trok ik niet!
Slapeloze nachten
Na drie maanden weer zonder nachtmerries te hebben geslapen, begon het weer. Deze keer wilde ik niet meer slapen. Lag net zo lang wakker tot ik echt niet meer wakker kon blijven. Dit gebeurde net voor mijn burn-out. Meestal onthield ik ze niet, maar met de therapie wilde ik er wel iets mee gaan doen, dus legde ik een kladblok naast mijn bed, zodat ik kon gaan schrijven als ik wakker werd. Alles wat ik me maar kon herinneren zette ik op papier, hoe gênant het ook was.
Dit kladblok nam ik mee naar therapie, zo konden we uitzoeken waar het vandaan kwam. Want ik begreep er niets van. De nachtmerries gingen nooit over mijn trauma’s en er waren er nooit 2 gelijk aan elkaar. Dus waarom droomde ik dit allemaal?
Gelukkig bleek er een hele goede verklaring voor mijn nachtmerries te zijn. Een rode draad die ik direct door alles heen kon trekken. Bang om de mensen om me heen kwijt te raken, absoluut niet willen falen in de dingen die ik toe, twijfels in dingen die ik leuk vind omdat ik bang was dat het niet goed genoeg was voor anderen. Zodra ik dit inzag, ging er een wereld voor me open. Naar mijn mening zitten er geen diepe, bizarre theorieën achter dromen en nachtmerries. Maar eigenlijk zijn ze heel logisch te verklaren, als je ze maar niet te letterlijk neemt.
Ik heb nog steeds nare dromen en nachtmerries. Gelukkig word ik nu zelf sneller wakker of maakt mijn vriend me wakker. Dan draai ik me om en val bijna direct weer in slaap. Uitzonderingen daar gelaten.
Wat kun jij doen aan je nachtmerries?
Heb je zelf ook veel last van nachtmerries? Denk eens na waar je bang voor bent en praat erover. Je dromen zijn niets om je voor te schamen, ze horen erbij. Schrijf op wat er blijft hangen, maar ga niet obsessief iedere nacht liggen pennen. Dan zal je helemaal slecht slapen, dit heb ik namelijk een week of vier achter elkaar gedaan en mijn nachtrust werd er niet beter van.
Blijf je er maar last van houden en lijdt je dagelijks leven eronder? Ga naar de huisarts! Zo kun je erover praten en zal de arts je helpen met oplossingen zoeken om toch een betere nachtrust te krijgen.
Het nummer dat ik heb gekozen om hierbij te doen is Wake Me Up van Ed Sheeran. Ik vind het een heerlijk nummer om mee in slaap te vallen en dit zou toch een mooie droom zijn! Vooral als je wakker wordt en je droom ook naast je ligt. Probeer alles om te zetten naar iets positiefs!
Liefs, Renée x
Veel mensen die niet lekker in hun vel zitten, gepest worden, depressief zijn of iets moeilijks hebben meegemaakt, houden dit voor hunzelf. Waarom? Ik denk dat ze anderen niet willen belasten met hun problemen.
Zelf hield ik me vooral bezig met mensen om me heen. Zij konden altijd bij mij terecht met hun problemen. Om te praten, om een gezellige dag te hebben of om samen op de bank zwijgend een film te kijken. Wat voor hun het fijnst was op dat moment. Hierdoor kon ik mijn eigen sores vergeten en zagen anderen niet aan mij dat er iets was. Zo voorkwam ik dat ze moeilijke vragen zouden stellen.
Maar heeft dit mij iets opgeleverd? Nee, helemaal niets. Ik wilde niet praten, maar kreeg ook de kans niet, omdat niemand door mijn masker heen prikte. Doordat ik anderen juist hielp, denk ik dat iedereen ervan uit ging dat het met mij juist goed ging. Niemand om mij heen heeft gevraagd: hoe is het nu echt met je?
The fears we don’t face, will become our limits.
Deze keer wat tips, die eventueel kunnen helpen om toch te praten en tips voor de mensen om je heen.
Wat kun je zelf doen?
- Ga schrijven. Pak een schrijfblok of een laptop en probeer je woorden op papier te zetten. Maakt niet uit of je verhaal leesbaar is voor een ander, doe het voor jezelf.
- Zoek lotgenoten. Ga op internet kijken hoe anderen ermee om gaan en praat met ze.
- Laat iemand een stuk lezen, wat betrekking heeft op jou. Als ze daar goed op reageren is dat een opening voor jou om je verhaal te doen.
- Probeer iemand in vertrouwen te nemen en vertel een klein stukje over wat je dwars zit. Kijk hoe ze erop reageren en luister naar je gevoel.
- Accepteer dat je je niet oké voelt, het mag. Niemand is perfect.
- Soms is een brief schrijven makkelijker, omdat je dan zelf niet hoeft te praten. Laat deze lezen aan iemand die je vertrouwd. Het kan de eerste stap zijn naar een gesprek.
Wat kan jouw omgeving doen?
Het is natuurlijk aan bijna niemand zichtbaar dat er iets is (en dan heb ik het over de personen die hun problemen en gevoelens niet kunnen delen). Wij, de mensen die het angstvallig verborgen houden voor de buitenwereld, laten bijna niets los, alleen misschien heel af en toe een kleine hint die alleen zichtbaar zal zijn voor mensen die hetzelfde in elkaar zitten. Maar ben jij nou iemand die mijn blog leest, omdat je een vermoeden hebt (of zeker weet) dat er een persoon in jouw omgeving het moeilijk heeft? Probeer het volgende eens;
- Vraag ernaar. Niet alleen: hoe is het met je? Maar probeer te laten zien dat je meer wil horen dan alleen: ja het gaat goed hoor! Want met niemand gaat het altijd goed.
- Krijg je niet veel reactie? Laat het even gaan. Probeer niet te pushen, want dat kan averechts werken. Als ik moest praten, sloeg ik helemaal dicht, hoe graag ik ook wilde.
- Vraag er later nog een keer naar. Wacht niet een week, maar probeer het later op de dag nog eens. En maak duidelijk dat je er voor hem/haar bent.
- Wijs hem/haar erop dat je weleens leest over mensen die het stilzwijgend moeilijk hebben. En geef daar je mening over. Geef de ander het gevoel dat je open staat voor een gesprek.
- Ben je er zeker van dat jouw vriend/vriendin/partner ergens mee rondloopt, wees direct. “Ik merk echt aan je dat er iets is, praat alsjeblieft met me.” En je kunt verder invullen hoe je dat zou willen. Persoonlijk, via de telefoon of vraag de ander het in een brief te zetten. Soms is dat een stuk makkelijker dan praten.
Hoe ga ik ermee om?
Nu ik eindelijk de mensen om me heen alles heb verteld, blijven sommige dingen nog steeds moeilijk. Als ik ruzie heb met mijn partner, klap ik snel dicht. Nu ik hem heb verteld wat er in mijn hoofd gebeurd, geeft me dat veel meer rust. Hij weet dat ik hem niet negeer, maar dat ik het even moeilijk heb met woorden te vinden. Hij geeft me ruimte alles een plek te geven en vraagt later wat ik wilde zeggen, of ik kom er zelf mee. Door de wetenschap dat hij begrijpt dat er iets in mijn hoofd niet goed gaat, wordt een ruzie uitpraten steeds iets makkelijker. Ik krijg nu niet steeds te horen: wat is er nou? Of; vertel nou wat je denkt! Wie weet zal ik uiteindelijk eens een keer “gewoon” ruzie kunnen maken en het op dat moment direct uit kunnen praten. Zonder dat ik ervoor weg wil of moet lopen.
En als ik weer inzit over een gebeurtenis van vroeger, weet ik dat het bespreekbaar is thuis. Ik hoef mijn mond niet te houden en er alleen mee te zitten. Als het niet het juiste moment is, zal de ander dat zeggen, dan komt het later ter sprake. Maar nu de mensen om mij heen weten hoe ik in elkaar zit en hoe mijn denkwijze is, wordt het steeds een beetje makkelijker om te delen hoe ik mij echt voel. Omdat ik het op mijn eigen tempo kan vertellen.
Luister het volgende nummer alsof het voor jou wordt gezongen: Lucie Jones – Never give up on you. Want vergeet niet dat er altijd iemand is die naar je zal luisteren. Het zal je verbazen wat de mensen om je heen eigenlijk voor je over hebben. Als je maar praat, hoe eng het soms ook is.
Liefs, Renée x
Onderbuikgevoel, ervaringen, verhalen van vriendinnen: Alles heeft invloed op hoe jij omgaat met vertrouwen in andere mensen.
Vriendschap
Ik vertrouwde mijn vrienden nooit volledig. Altijd bang dat ze, naar mate we langer met elkaar omgingen, iets van me nodig hadden (in de negatieve zin). Er was altijd een bewuste afstand. Ik wist alles van de ander, maar liet zelf niet veel los. Leuke dingen doen zoals sporten, samen een avondje koken en film kijken of een terrasje pakken vond ik heerlijk. Maar dan zorgde ik er wel voor dat het zo weinig mogelijk over mij ging. Van de ander wist ik vaak erg veel. Hoe het over het algemeen ging, maar ook de meer intieme onderwerpen zoals problemen binnen de familie en mentale worstelingen. Ze kwamen altijd naar mij toe om te praten, omdat ik zo goed kon luisteren.
Als een vriendschap te hecht werd, koos ik ervoor om iemand los te laten. Ik zocht minder contact en uiteindelijk verwaterde het volledig. Dan was niet ik degene die uitleg moest geven waarom ik geen contact meer wilde en gaf het me het gevoel dat het van 2 kanten werd afgesloten zonder dat ik de boosdoener was.
Mannen
Binnen relaties zocht ik er ook altijd iets achter, dit helaas uit ervaring. Mijn eerste vriendje ging over mijn grenzen (seksueel misbruik) en hield er een ander op na. De korte relaties die volgden, liepen allemaal hetzelfde: ze hadden allemaal contact met andere vrouwen, gingen vreemd en zetten me aan de kant als grofvuil. Daardoor ging ik er bij iedere relatie bij voorbaat al van uit dat het zou eindigen. Dit is ook de makkelijkste manier om ermee om te gaan. Als mannen dan aan deze verwachting voldoen is de teleurstelling minder heftig.
”The best way to find out if you can trust somebody is to trust them”.
Weer leren vertrouwen in relaties
Mijn eerste therapieronde heeft me ook zeker iets positiefs gebracht. R deed toen zo zijn best om mij in te laten zien dat een deel van de mannen wel te vertrouwen is. Dat ze niet altijd iets van me willen, op de negatieve manier. Geven en nemen zonder van mij te profiteren.
Ik leerde weer het goede te zien in mannen. Toen dat uitging had ik helaas nog niet genoeg handvatten om dit gevoel vast te houden. Bij S.L. ging het dan ook weer mis en blijkbaar terecht. Hij hield dingen voor me achter. Van het weer beginnen met roken tot over mij achter mijn rug om praten met vrienden en (gezamenlijke) bekenden. Hij deelde met anderen dat het niet goed met me ging. Terwijl dat juist iets was, wat ik binnenshuis wilde houden, waar ik mezelf kon zijn.
Positief heden
Toen ik S.C. leerde kennen, en ik dus al veel verder was met betrekking tot mijn zelfvertrouwen, zelfkennis en het loslaten van het verleden, leek alles opeens vanzelf te gaan. In het begin ging alles via de telefoon: we whatsappten dag en nacht. Ik deed mijn verhaal en hij vertelde hoe hij zijn leven indeelde. Nooit zei hij iets waar ik iets achter zocht. De eerste keer dat we elkaar zagen was vreselijk spannend, omdat je jezelf bloot gegeven hebt zonder een ontmoeting. Maar ook toen ging ik niet twijfelen aan zijn oprechtheid.
Tot de dag van vandaag kan ik zeggen dat ik hem, ondanks mijn onzekerheden, volledig vertrouw. En dat voelt zo goed! Nu durf ik me ook meer te geven in vriendschappen en doe ik meer moeite om die mensen in mijn leven te houden.
Vertrouwen begint bij jezelf, maar het is fijn als de mensen die je toelaat dit kunnen bevestigen zonder woorden.
Het liedje van deze week is: Seafret – Wildfire. Dit nummer komt uit de film The Longest Ride. Het was een mooie maandagavond met sterren aan de hemel, kaarsjes aan en hij had heerlijk gekookt. De film werd afgesloten met dit nummer. Dat was de avond dat ik me er bewust van was dat ik deze man volledig vertrouwde, een emotioneel moment, dat ik nooit meer zal vergeten.
Liefs, Renée