Intrusies zijn gedachten die zich plotseling aan je opdringen. Ook mensen zonder een dwangstoornis hebben intrusies en het is heel gewoon dat dit voorkomt. Bij mensen zonder OCD roepen deze intrusies vaak geen angst op. Hieronder kun je lezen wat veel voorkomende intrusies zijn:
De gedachte…
- aan intens boos zijn op iemand, gerelateerd aan een eerdere ervaring.
- dat een geliefd iemand een ongeluk heeft.
- dat een goede vriend of een familielid een ernstige ziekte krijgt of overlijdt.
- aan gewelddadige handelingen tijdens seks.
- aan kwaad en ongelukken die de kinderen kunnen overkomen.
- dat de kans om zelf het slachtoffer te worden van een vliegtuigongeluk kleiner wordt wanneer een familielid een dergelijk ongeluk zou krijgen.
- dat er kleine asbestdeeltjes in huis zijn, waardoor het gezin ernstig geschaad zou kunnen worden.
- dat je partner iets ernstigs is overkomen.
- aan ongelukken of pech wanneer je op het punt staat om op reis te gaan.
- dat iemand van de aardbodem verdwijnt of de wens dat dat gebeurt.
- aan ‘onnatuurlijke’ seksuele handelingen.
- dat een bekende pijn of kwaad gedaan wordt of de wens of voorstelling dat dat gebeurt.
- aan ervaringen van jaren geleden waarin je in verlegenheid werd gebracht of vernederd.
- dat je iets dramatisch zou kunnen doen, zoals een bank beroven.
- aan het lichamelijk straffen van een geliefd persoon.
De angstige gedachte om plots toe te geven aan de impuls…
- om iemand te slaan of kwaad te doen.
- om iets gemeens of vernietigends tegen iemand te zeggen.
- om iemand fysiek of verbaal aan te vallen.
- om te schreeuwen en te schelden tegen iemand.
- om (kleine) kinderen kwaad te doen of gewelddadig tegen hen te zijn.
- om met de auto een botsing te veroorzaken.
- om iemand aan te vallen en/of gewelddadig te straffen, bijvoorbeeld een kind uit de bus te gooien of te duwen.
- om bepaalde mensen aan te vallen.
- om andere mensen weg te duwen of uit een menigte te duwen, bijvoorbeeld uit een rij.
- om ongepaste of misplaatste dingen te zeggen, of verkeerde dingen op het verkeerde moment.
- om tegenover bekende of onbekende aantrekkelijke mensen seksueel getinte opmerkingen te maken.
- om iemand gewelddadig aan te vallen en te vermoorden.
- om van het dak van een hoog gebouw, een berg of een klif te springen.
- om iemand aan te randen.
- om grove en onacceptabele dingen te zeggen.
- om bepaalde seksuele handelingen uit te voeren die gepaard gaan met pijn voor de partner.
- om van het perron te springen wanneer er een trein aankomt.
Bron:
Keijsers, G. P. J., Van Minnen, A., Verbraak, M., Hoogduin, C. A. L. & Emmelkamp, P., (2017). Protocollaire behandelingen voor volwassenen met psychische klachten.