Compassie is een emotionele reactie van diepe empathie en het willen zorgen voor het lijden en de tegenslagen van een ander. Het houdt in dat je de pijn of moeilijkheden van een ander herkent, geraakt wordt door hun ervaring, en stappen onderneemt om te helpen, ondersteunen of troost te bieden. Zelfcompassie betekent dat je deze zorg toepast op je eigen ervaringen van moeilijkheden, lijden of het gevoel van falen. Voor veel mensen is het natuurlijk om een vriend of familielid te ondersteunen – we zijn vriendelijk, ondersteunend en troostend. Het idee van zelfcompassie is om een innerlijke stem te creëren die aanmoedigend is, zoals een vriend.
Waarom is zelfcompassie een uitdaging (de innerlijke criticus)?
Iedereen heeft een stukje in zich dat voortdurend oplet, monitort en commentaar levert op je acties en de wereld om je heen. Helaas hebben mensen de neiging om negatief te denken, wat kan resulteren in een strenge, kritische innerlijke stem die invloed heeft op hoe je je voelt en de wereld ziet. Enige zelfkritiek is heel normaal en gezond. Het helpt om te reflecteren, fouten te vermijden en gemotiveerd te blijven. Te veel zelfkritiek kan echter juist voor meer negatieve emoties zorgen, of zelfs leiden tot depressieve klachten, angst, schaamte, schuld of sterke ontevredenheid over je werk of relatie.
Wanneer je innerlijke stem constant hard of streng is, kun je je snel waardeloos of een mislukking voelen en voel je je continu gestrest.
Wat is zelfcompassie?
Het kan moeilijk zijn om volledig van deze strenge innerlijke stem af te komen. Zelfcompassie kan een nuttig hulpmiddel zijn om een gezondere balans te creëren. Wanneer je jezelf kalmeert en troost met zelfcompassie, ga je op een gezondere manier om met pijnlijke gevoelens. Onderzoek toont aan dat je met zelfcompassie meer veerkracht en emotionele balans ontwikkelt, beter omgaat met uitdagingen en stress vermindert. Wanneer je innerlijke stem meer op een ondersteunende vriend gaat lijken, voel je je veiliger en meer geaccepteerd, waardoor het makkelijker wordt om de realiteit onder ogen te zien en aan positieve veranderingen te werken.
Onderzoeker Neff zegt dat er drie belangrijke componenten zijn om zelfcompassie te leren en je te helpen zelfkritiek te bestrijden:
- Vriendelijkheid naar jezelf. Vriendelijkheid naar jezelf betekent dat je jezelf met zorg en begrip behandelt in plaats van met harde kritiek. Het is zelfacceptatie terwijl je pijn hebt. Het houdt in dat je acties onderneemt om jezelf te kalmeren en te troosten. Je creëert zo een rustige mentale staat, waarin je jezelf kunt ondersteunen als het even moeilijk is.
- Gedeelde menselijkheid. Dit betekent erkennen dat je ervaringen, inclusief pijn en falen, deel uitmaken van de mens. Een deel hiervan betekent ook dat je accepteert dat het leven en jij als individu niet perfect bent! Je erkent dat je lijden niet abnormaal is en dat je niet alleen bent. Het kan je helpen je verbonden te voelen met anderen en troost bieden.
- Mindfulness. Mindfulness houdt in dat je je bewust bent van je emoties en ze erkent zonder ze te overdrijven of te negeren. Het betekent ruimte creëren voor deze gevoelens, jezelf toestaan ze volledig zonder oordeel te ervaren, zelfs als ze pijnlijk zijn.
Door zelfcompassie te oefenen, kun je leren je eigen beste vriend te worden!
Bronnen:
- Thakur, N., & Baumann, N. (2022). Breaking the anxious cycle of self-criticism: Action orientation buffers the detrimental effects of a self-critical personality style. Journal of Affective Disorders, 301, 30-35.
- Neff, K. D. (2012). The science of self-compassion. In C. Germer & R. Siegel (Eds.), Compassion and Wisdom in Psychotherapy (pp. 79-92). New York: Guilford Press.
- Loew, C. A., Schauenburg, H., & Dinger, U. (2020). Self-criticism and psychotherapy outcome: A systematic review and meta-analysis. Clinical psychology review, 75, 101808.
- https://www.psychologytoday.com/us/blog/beyond-mental-health/202310/is-compassion-the-secret-to-well-being
- https://www.psychologytoday.com/intl/blog/the-power-self-compassion/201103/let-go-self-criticism-and-discover-self-compassion
- https://www.youtube.com/watch?v=11U0h0DPu7k
- https://www.psychologytoday.com/us/blog/human-inner-dynamics/202402/the-challenge-with-self
- https://esmarildadankaert.com/2021/06/04/how-your-self-criticism-is-harming-you/
- https://self-compassion.org/wp-content/uploads/publications/SC-Germer-Chapter.pdf
Hechting is een langdurige psychologische band tussen twee mensen. Er wordt gezegd dat het vormen van een (diepe) emotionele band met anderen een belangrijk element is van onze menselijke natuur en sociale behoeften. Als we het over hechting hebben, hebben we het met name over de kindertijd en de hechting met ouderlijke figuren. Een ouderlijk figuur kan ook iemand anders zijn dan een van je ouders. Deze hechting vormt een belangrijke basis en heeft later in je leven een grote invloed op je zelfvertrouwen, interpersoonlijke relaties, autonomie, gevoel van zingeving en zelfacceptatie.
Hechtingsstijlen
Er zijn een aantal verschillende hechtingsstijlen van elkaar te onderscheiden. Deze hebben in de kindertijd specifieke kenmerken, maar kunnen ook in de volwassenheid bepaalde gevolgen hebben.
Bij de veilige hechtingsstijl durf je als kind los te komen van je ouders, maar zoek je hen wel terug op wanneer je je angstig voelt. Je geeft de voorkeur aan contact met je ouders en reageert positief op dit contact. Dit komt doordat het je ouders lukt om je een veilig gevoel te geven, emotie meenemen in de communicatie en steeds goed te reageren op jouw behoeften als kind. Ook als ze signalen vanuit jou missen of zelf een fout maken, zorgen ze actief voor verzoening. Op latere leeftijd zorgt dit voor zelfvertrouwen, lukt het je makkelijker relaties te onderhouden, durf je gevoelens te delen of sociale steun op te zoeken en ben je weerbaar bij tegenslagen.
Bij de angstige/ambivalente hechtingsstijl ben je als kind waakzaam bij vreemden en raak je gestrest als je ouders even weggaan omdat je erg aanhankelijk bent. Wanneer je ouders terugkomen, voel je je echter niet getroost. Dit komt mogelijk doordat je ouders inconsistent waren in het reageren op jouw behoeften; soms waren ze (emotioneel) beschikbaar, maar soms waren ze afwezig of afgeleid. Op latere leeftijd kan dit ervoor zorgen dat je moeite hebt om anderen te vertrouwen, terwijl tegelijkertijd zo’n relatie je leven kan overnemen en je al je eigenwaarde hieruit haalt. Je kunt aanhankelijk zijn of herhaaldelijk bevestiging en aandacht zoeken, hebt moeite met grenzen, ervaart ruimte in een relatie als stressvol en kan zelfs manipulatief zijn om iemand dicht bij je te houden.
Bij de vermijdende hechtingsstijl vermijd je als kind mogelijk je ouders of zoek je geen contact of troost bij hen. Ook ben je verschillig in je voorkeur voor vreemden of je ouders. Dit komt mogelijk doordat je ouders afwezig waren of je zelfs afwezen. Je hebt geleerd om emotioneel afstand te nemen en jezelf te troosten waardoor je een grote onafhankelijkheid hebt gecreëerd. Op latere leeftijd kan dit ervoor zorgen dat je emotioneel afstand houdt in relaties of zelfs meer afstand neemt als iemand dichterbij probeert te komen. Je kunt koud of gesloten overkomen op anderen, omdat je zelf niet zo comfortabel bent met je eigen emoties. Hierdoor voelt het mogelijk alsof je meer behoefte hebt aan oppervlakkige casual relaties, terwijl je eigenlijk een dieper gewortelde angst voor intimiteit hebt.
Bij de gedesorganiseerde hechtingsstijl ben je als kind mogelijk blootgesteld aan zeer wisselende situaties. Zo kan het dat je ouders, door bijvoorbeeld eigen mentale problemen, bij jou zowel voor sterke angst als voor troost zorgden. Het kan ook dat je compleet genegeerd werd, getraumatiseerd raakte door chaotisch of onberekenbaar gedrag, of slachtoffer bent geweest van misbruik of verwaarlozing. Ook kan het dat je als kind zelf een meer ouderlijke rol op je nam. Op latere leeftijd kan dit ervoor zorgen dat intieme relaties erg verwarrend zijn of onrust geven, waardoor je sterke wisselende emoties hebt. In een relatie voel je je zelden veilig of waardig om liefde te ontvangen en ben je bang om gekwetst te raken. Dit kan leiden tot egoïstisch, controlerend en explosief gedrag richting je partner, maar uit zich soms ook in zelfdestructief gedrag zoals bijvoorbeeld middelenmisbruik.
Bronnen:
Onzekerheid is een vorm van angst die is gericht op de verwachtingen die anderen van jou hebben, of de verwachtingen die je zelf hebt gesteld. Als je je onzeker voelt, voelt het alsof je minder kunt of zelfs bent dan anderen. Het is dus een sociaal-georiënteerde emotie waarbij je bang bent niet geaccepteerd of gerespecteerd te worden. Het is heel menselijk om je onzeker te voelen, maar wanneer je je vaak of langdurig onzeker voelt kan het ervoor zorgen dat je regelmatig aan jezelf twijfelt, eigen beslissingen niet vertrouwt, sterk leunt op anderen of sociaal contact juist vermijdt omdat je je minderwaardig voelt. Uiteindelijk kan het ook zorgen voor faalangst, eenzaamheid, een laag eigenwaarde of zelfs problemen in relaties en carrière.
Gevolgen van onzekerheid
Als je vaak last hebt van onzekerheid, kan het ook groeien tot een soort persoonlijkheidstrek. Zodoende wordt er gesproken dat iemand onzeker is. De volgende kenmerken komen voor wanneer je onzeker bent:
- Je laat je snel leiden door wat anderen zeggen of durft niet tegen anderen in te gaan.
- Je bent bang dat anderen je saai of niet goed genoeg vinden en je daarom zullen afwijzen.
- Je hebt een sterke focus op het (niet) maken van fouten en je eigen tekortkomingen.
- Je ziet het maken van een fout of het hebben van een tekortkoming snel als bewijs dat je niet goed genoeg bent.
- Je hebt moeite met het ontvangen van kritiek en complimenten.
- Je vergelijkt jezelf, je prestaties en vaardigheden continu met anderen
- Je stelt hoge (onrealistische) eisen aan jezelf of streeft een bepaald perfectionistisch ideaal na.
- Je gaat uitdagingen uit de weg of kiest vaak voor de makkelijke weg.
- Je bent bang om vrienden te verliezen, een mikpunt van roddels of pesten te worden of alleen achtergelaten te worden.
Vicieuze cirkel
Kenmerkend voor onzekerheid is dat de strategieën die je jezelf hebt aangeleerd om ermee om te gaan juist de onzekerheid in stand houden. Omdat je je bijvoorbeeld niet durft uit te spreken, ontdek je niet dat er mensen zijn die jou interessant vinden. Of omdat je zulke hoge eisen aan jezelf blijft stellen, ontdek je niet dat het ook oké is om wat minder te doen of fouten te maken. Of het lukt je niet om realistischer naar jezelf te leren kijken, omdat je alleen maar gefocust blijft op je tekortkomingen en complimenten afwijst. Of je ontdekt je eigen potentie en vaardigheden niet, omdat je uitdagingen uit de weg gaat. En misschien herken je zelf ook nog wel andere vicieuze cirkels bij jezelf. Onzekerheid blijft dus bestaan, omdat je keuzes maakt uit onzekerheid. Kortom, tijd om die cirkel te gaan doorbreken!
https://emotiontypology.com/negative_emotion/insecurity/
https://mindkorrelatie.nl/onderwerpen/onzekerheid
https://www.psyned.nl/onzekerheid/
Een laag zelfbeeld verwijst naar een negatieve kijk op jezelf en een gebrek aan vertrouwen in je eigen waarde of capaciteiten. Als je worstelt met een laag zelfbeeld, bekijk je jezelf mogelijk negatief, heb je moeite met gevoelens van incompetentie, of ervaar je een constante angst voor afwijzing of falen. Dit kan zich uiten in verschillende vormen, van aanhoudende zelfkritiek en gevoelens van verlegenheid tot moeite met het assertief uiten van je behoeften of het vermijden van uitdagingen. Een laag zelfbeeld is een veelvoorkomend maar ingrijpend probleem dat veel mensen op verschillende momenten in hun leven treft.
Behandelingsmethoden:
Gelukkig zijn er effectieve psychologische behandelingen beschikbaar om je zelfbeeld te verbeteren. Een psycholoog kan tijdens je behandeling verschillende therapievormen toepassen. Hieronder vind je de meest gebruikte therapievormen voor een laag zelfbeeld:
CGT
In CGT (Cognitieve Gedragstherapie) verken je de verbinding tussen je gedachten, gevoelens en gedrag. Het CGT-model suggereert dat levenservaringen de overtuigingen van een individu over zichzelf, anderen en de wereld vormen. Deze overtuigingen beïnvloeden vervolgens hoe je situaties waarneemt (gedachten en gevoelens) en hoe je erop reageert (gedrag).
CGT suggereert dat als je worstelt met een laag zelfbeeld, je mogelijk negatieve overtuigingen over jezelf hebt, zoals “Ik ben niet goed genoeg” of “Ik ben niet acceptabel.” Deze overtuigingen leiden tot niet-helpende gedachten, vooroordelen en gedragingen die je lage zelfbeeld op de lange termijn in stand houden en je in een vicieuze cirkel houden. Bijvoorbeeld, je kunt vermijden om je uit te spreken of nieuwe dingen te proberen om afwijzing of falen te voorkomen en je kernovertuiging niet te activeren. CGT helpt je deze cyclus te doorbreken door je te helpen deze (onrealistische) negatieve overtuigingen, gedachten en niet-helpende gedragingen te veranderen.
- In een CGT-behandeling kun je verwachten de volgende onderwerpen te behandelen:
- Bewust worden van je automatische niet-helpende gedachten.
- Je onderliggende overtuigingen herkennen.
- De gevolgen van je gedragingen analyseren.
- Zelfkritiek vervangen door zelfcompassie.
- Gezondere, flexibelere gedachten en overtuigingen ontwikkelen.
- Je negatieve verwachtingen testen en je angsten confronteren door gedragsmatige experimenten.
COMET
COMET (Competitive Memory Training) is een transdiagnostische interventie die meestal wordt toegepast als onderdeel van een behandeling. De COMET-aanpak voor het behandelen van een laag zelfbeeld is gebaseerd op de theorie dat wanneer iemand worstelt met een laag zelfbeeld, negatieve en niet-helpende overtuigingen over zichzelf te vaak worden geactiveerd en te veel aandacht krijgen. COMET streeft ernaar de kracht van deze negatieve overtuigingen te verminderen, zodat positievere en realistischere overtuigingen kunnen opkomen en versterken om het evenwicht te herstellen. Ze suggereren met name dat als je worstelt met een laag zelfbeeld, je je negatieve kanten veel meer voelt dan je positieve kanten.
COMET richt zich op het helpen herkennen van deze onevenwichtige kijk op jezelf, die de neiging heeft om negatieve eigenschappen te veel te benadrukken. Vervolgens werkt het aan het versterken van de emotionele kracht van positieve eigenschappen en overtuigingen, vaak met behulp van oefeningen die beeldspraak gebruiken. Ten slotte moedigt het aan om zowel positieve als negatieve kwaliteiten te erkennen om een meer realistisch en gebalanceerd zelfbeeld te bereiken.
Het Vat van Zelfwaardering
Het vat van zelfwaardering is een psychologisch model voor gedragsverandering. Twee metaforen staan centraal in dit model: het vat en de schakelaars. Stel je zelfwaardering voor als een vloeistof die een vat vult. Hoe meer zelfwaardering je hebt, hoe voller je vat. Zelfwaardering is het positieve spul—dingen waar je van geniet, trots op bent of die je humeur verbeteren. Leegte is het negatieve spul—slechte herinneringen, gewoonten of gevoelens van ontoereikendheid. Als je vat grotendeels vol is, voel je je goed en kun je de uitdagingen van het leven beter aan.
Ervaringen werken als schakelaars die je vat kunnen vullen of legen. Positieve schakelaars, zoals een lekker kopje koffie, een compliment van je baas of een fijne gedachte, dragen bij aan je zelfwaardering. Negatieve schakelaars, zoals kritiek, een ruzie of iets belangrijks vergeten, legen het vat. Het vermogen om beide soorten ervaringen te observeren is een vaardigheid die helpt het vat te vullen. Je versterkt je observaties positief door jezelf complimenten te geven. Aangezien een compliment altijd positief is, creëert dit een belangrijke derde schakelaar, de “herstellende positieve schakelaar.” Op deze manier kun je het vat vullen en zelfwaardering verkrijgen door zowel positieve als negatieve ervaringen. Kortom, het betekent dat je oefent om je bewust te worden van wat zowel goed als slecht voor je is.
Je kunt hier meer leren over het vat van zelfwaardering.
Bronnen:
- https://www.psychologytools.com/self-help/low-self-esteem/
- COMET voor negatief zelfbeeld Kees Korrelboom
- https://niceday.app/en/barrel-of-self-esteem/
Wat is een zelfbeeld?
Een zelfbeeld is de manier hoe je jezelf ziet en waardeert. Het is een soort bril waarmee je naar jezelf kijkt, die wordt beïnvloed door je ervaringen, interacties met anderen, overtuigingen en hoe je tegen jezelf praat (interne dialoog). Je kunt spreken van een positief realistisch zelfbeeld wanneer je bijvoorbeeld waardering hebt voor jezelf, je goede en mindere kanten kunt erkennen, compassie kunt hebben richting jezelf of gelooft in jezelf, dat je ertoe doet en geluk verdient in het leven.
Wat zijn de gevolgen van een laag zelfbeeld?
Wanneer je last hebt van een laag zelfbeeld, kan het zijn dat je je vaak somber of onzeker voelt, je bang bent voor afwijzing, je gevoelens van waardeloosheid of hopeloosheid hebt of jezelf zelfs kunt haten. Of je durft weinig te ondernemen of initiatief te nemen, nieuwe dingen aan te gaan of te leren, of piekert daar overmatig over. Ook komt het voor dat je op zoek bent naar bevestiging van je zelfbeeld. Daarmee wordt bedoeld dat je onbewust zoekt naar voorbeelden of redenen waarom je mogelijk niet goed genoeg bent, er niet bij hoort of hebt gefaald, maar ook complimenten afwijst of successen juist toewijst aan geluk. Hiermee kom je in een soort vicieuze cirkel terecht waar je (nieuwe) positieve dingen vermijdt en gefocust raakt op alles wat er niet goed is of wat je niet kan. Deze vorm van het zelf bevestigen van je lage zelfbeeld wordt ook wel een self-fulfilling prophecy genoemd.
Waardoor wordt een zelfbeeld beïnvloed?
Naast een genetische aanleg spelen opvoeding en impactvolle ervaringen een belangrijke rol bij het ontwikkelen van een laag zelfbeeld. Als kind is het bijvoorbeeld belangrijk om dingen zelf te leren ontdekken, realistische positieve bekrachtiging te krijgen en op te groeien in een veilige omgeving waar je je gewaardeerd, bekwaam en zelfverzekerd kunt voelen. Dit stimuleert het ontwikkelen van een positief zelfbeeld. De kans op een laag zelfbeeld neemt echter toe wanneer je bijvoorbeeld uitgesloten of afgewezen wordt door pesten, mishandeling of discriminatie. Dit kan ook voortkomen uit stigma bij bijvoorbeeld mentale of fysieke gezondheidsproblemen, maar ook uit armoede of andere problemen thuis. Tegenwoordig speelt ook social media een toegenomen rol doordat er veelal onrealistische standaarden en verwachtingen worden geschetst die je het gevoel kunnen geven dat jij minderwaardig bent.
Als je kijkt naar de opvoeding zijn er naast buitensluiting, verwaarlozing en mishandeling nog andere voorbeelden die kunnen bijdragen aan het ontwikkelen van een laag zelfbeeld. Zo kan het zijn dat je ouders onvoldoende aandacht gaven of dat je juist overbeschermd bent opgevoed. Het kan zijn dat je ouders je overmatig bekritiseerden en te weinig waardering gaven, of herhaaldelijk vergeleken met een van je broertjes of zusjes. Ook kan het dat je bent opgegroeid in een gezin waar veel hoge eisen zijn of waar veel gestimuleerd werd op prestatie. Daarnaast draagt het ook bij aan een laag zelfbeeld wanneer je alleen maar op één aspect gewaardeerd wordt. Al deze voorbeelden hoeven natuurlijk niet alleen te gaan over je ouders, maar kunnen ook betrekking hebben op andere mensen in je leven, zoals een partner.
Bronnen:
- Negatief zelfbeeld – Manja de Neef
- Comet voor negatief zelfbeeld – Kees Korrelboom
- https://www.mind.org.uk/information-support/types-of-mental-health-problems/self-esteem/about-self-esteem/
Waar iedereen op zijn eigen manier rouwt en iedereen dus anders door het rouwproces gaat, zijn er ook overeenkomsten te zien tussen alle rouwprocessen. Deze overeenkomsten zijn vertaald naar zogeheten ‘rouwfasen’. Het is belangrijk op te merken dat deze fasen geen eenduidige of rechte lijn hebben. Zo kan het zijn dat je misschien niet alle fasen doorloopt, de fasen door elkaar heen lopen of je soms heen en weer schiet tussen fasen.
Kübler-Ross
De meest bekende rouwfasen zijn jaren geleden door Kübler-Ross opgesteld, en worden tegenwoordig ook toegepast op andere verandersituaties zoals een reorganisatie op werk. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende fasen:
- Ontkenning. Tijdens deze fase wordt ontkenning gebruikt als een soort verdedigingsmechanisme tegen de intensiteit van de situatie. Een verlies is heftig en door ontkenning creëer je wat meer tijd om het verdrietige nieuws binnen te laten komen. Bijvoorbeeld: “Ik geloof het niet. Het is niet waar!”.
- Boosheid. De emotie boosheid kan gebruikt worden om intense pijn te maskeren of weg te stoppen. Zo kan het voorkomen dat je boos wordt op de wereld, op anderen of zelfs op de kleinste onbenullige dingen. Bijvoorbeeld: “Ik haat mijn ex!”.
- Onderhandelen. Bij vervelende situaties is het menselijk om te analyseren of er dingen waren die je anders had kunnen doen. Hier wordt het echter gebruikt als verdedigingsmechanisme tegen pijn om emoties uit te stellen. Bijvoorbeeld: “Als ik nou vaker op bezoek was geweest…”.
- Depressie. In deze fase zijn alle emoties mogelijk wat meer geland en ben je meer bezig met het verwerken van het verlies. Dat kan gepaard gaan met een periode die zwaar, verwarrend en depressief voelt. Bijvoorbeeld: “Ik weet echt niet meer hoe ik nu nog verder moet…”.
- Aanvaarding. Dit is de laatste fase en wordt gekenmerkt door het erkennen en omarmen van de impact die het verlies heeft op jouw leven. Dit kan nog steeds gepaard gaan met negatieve emoties. Bijvoorbeeld: “Het zijn ontzettend pijnlijke en mooie herinneringen, maar uiteindelijk moet ik ook weer verder met mijn leven.”.
Rando
Waar de vorige rouwfasen meer toegespitst zijn op de emoties en reacties die iemand heeft bij rouw, zijn de fasen van Rando meer gefocust op de processen die iemand doorloopt. Deze fasen gaan over de rouwperiode zelf en nemen dus niet de acute rouw of de ‘shock’ aan het begin mee. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende fasen:
- Vermijding. Tijdens deze fase ontstaat het besef dat de realiteit onvermijdelijk is en je het verlies onder ogen moet komen. Hierin is het belangrijk dat je het verlies erkent als feit, maar ook dat je goed begrijpt wat er precies is gebeurd
- Confrontatie. Deze fase wordt gekenmerkt door het aangaan van het verlies en de pijn die daarbij komt kijken. Hierin zijn drie elementen terug te zien:
- Reageren op de scheiding. Hier gaat het om het toestaan en ervaren van alle pijn en psychologische reacties die er voortkomen uit het verlies, inclusief bijzondere reacties zoals bijv. opluchting of woede. Het betekent ook dat je mag stilstaan bij secundaire verliezen, oftewel verliezen die er indirect bij horen. Bijvoorbeeld de geur van het parfum dat iemand droeg of het vaste wekelijkse telefoontje.
- Herbeleven en herinneren. Hier gaat het erom dat je realistisch terugdenkt en oude gevoelens herbeleeft. Het betekent dat je het verlies herinnert op een manier die recht doet aan hoe het voor het verlies was.
- Loslaten van oude banden. Hier gaat het om de ideeën over het verlies, maar ook over de wereld. Bijvoorbeeld het idee dat je partner je nooit zal verlaten. Of het idee dat nare dingen alleen andere mensen overkomen. Het loslaten van deze oude banden is noodzakelijk om uiteindelijk verder te kunnen.
- Accommodatie. In deze fase ligt de focus meer op aanpassen en toewerken naar een leven met het verlies. De herinneringen en het verdriet neem je als het ware mee naar een nieuw stadium in je leven, maar met de nodige aanpassingen. Hierin zijn twee elementen terug te zien:
- Aanpassen aan de nieuwe realiteit. Hier gaat het om belangrijke veranderingen die natuurlijk gelopen zijn of juist nodig zijn om je te kunnen aanpassen. Je kunt denken aan het herzien van je wereldbeeld wanneer iemand door criminaliteit om het leven is gekomen. Je bouwt een nieuwe ‘post-mortem’ relatie op met iemand door bijvoorbeeld het graf te bezoeken of een jaarlijks ritueel te houden ter ere van de overledene. Ook ontstaan er nieuwe rollen en vaardigheden, bijvoorbeeld als jij nu ineens het nieuwe aanspreekpunt van je gezin bent. En het kan leiden tot een nieuwe identiteit, omdat je bijvoorbeeld nieuwe overtuigingen of vaardigheden hebt ontwikkeld.
- Opnieuw investeren in het leven. Dit laatste punt gaat over het herinvesteren van emotionele energie. Simpelweg energie steken in andere mensen en activiteiten om de emotionele voldoening die iemand voor het verlies had weer terug te krijgen.
Bronnen:
https://www.healthline.com/health/stages-of-grief#5-stages
https://mindandbodyworks.com/two-models-for-understanding-grief/
In een wereld waarin gezondheid centraal staat, is lichaamsbeweging een cruciaal onderdeel van ons dagelijks leven geworden. Het gaat hier niet alleen om het behouden van een gezond lichaam en het voorkomen van ziekten. Achter de fysieke voordelen schuilen ook psychologische aspecten die belangrijk zijn.
Bewegen en welzijn
Regelmatige lichaamsbeweging stimuleert de productie van verschillende neurotransmitters zoals endorfine, dopamine en endocannabinoïde. Deze stoffen zijn bijvoorbeeld betrokken bij het verminderen van fysieke pijn en het stimuleren van het geluksgevoel. Ook helpen ze bij het reguleren van je hartslag, slaapcyclus, stemming, aandacht, motivatie en werkgeheugen. Lichaamsbeweging versterkt ook de neuroplasticiteit, het vermogen van je brein en zenuwstelsel om zich aan te passen. In het dagelijks leven betekent dat dat helpt bij het leren van bijvoorbeeld nieuwe vaardigheden. Wanneer je regelmatig beweegt, zorgt dit er ook voor dat er meer zuurstof naar je brein gaat. Uit onderzoek komt naar voren dat dit mentale achteruitgang, zoals Alzheimer of een beroerte, vermindert.
Bewegen en mentale gezondheid
In tijden van stress reageert je lichaam met de productie van verschillende hormonen, waaronder adrenaline, noradrenaline en cortisol, ook wel bekend als het ‘stresshormoon’. Langdurige blootstelling aan deze hormonen kan op lange termijn schadelijke effecten hebben op je gezondheid. Lichaamsbeweging zorgt er juist voor dat deze hormonen afnemen, zodat je je weer wat relaxter of opgelucht voelt. Wanneer je langdurig beweegt helpt het je zelfs om beter bestand te raken tegen stressvolle situaties! Het fungeert dus niet alleen als een afleiding die kalmeert en emoties vermindert, het verbetert ook je stressbestendigheid.
Lichaamsbeweging heeft ook andere directe effecten. Zo verbetert het je stemming en vermindert het negatieve gedachten. Het kan je zelfvertrouwen vergroten, een positiever lichaamsbeeld geven of je zelfcompassie laten groeien. Ook heeft het een positief effect op de kwaliteit van je slaap en helpt het om sneller in slaap te vallen.
Bewegingsadvies
De richtlijn ten aanzien van bewegen is voor volwassenen om wekelijks 2,5 uur matig intensief te bewegen en 2x spier- of botversterkende activiteiten te doen. Bedenk wel dat dit een minimum is. Als je meer of intensiever beweegt, zul je ook meer gezondheidsvoordeel ervaren. Bewegen hoeft overigens niet per se sporten te zijn. Huishoudelijk werk, dansen, boodschappen doen of klussen tellen ook mee. Een halfuur aan een stuk lichamelijk actief zijn is ook niet noodzakelijk. Elk blokje beweging van minstens 10 minuten telt mee en deze blokken mag je over de dag verdelen. Alle kleine beetjes helpen, dus:
- Neem de trap.
- Laat de auto staan en pak de fiets.
- Doe lopend of fietsend boodschappen.
- Maak een wandeling tijdens je lunchpauze.
- Stap een halte eerder uit de bus en loop 10 minuten.
- Dans een paar keer mee op je favoriete nummer.
- Doe wat rek- en strekoefeningen tijdens de reclames op tv.
- Loop een rondje om of in je huis als je aan het telefoneren bent.
- Parkeer je auto expres iets verder van je bestemming om een stukje te lopen.
- Doe een paar squats of lunges als je staat te wachten op de waterkoker of het koffiezetapparaat.
- Speel een fysiek actief spelletje met je kinderen.
Bronnen:
Hallal, P. C., Victora, C. G., Azevedo, M. R., & Wells, J. C. (2006). Adolescent physical activity and health. Sports medicine, 36(12), 1019-1030.
https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/bewegen.aspx
https://www.kenniscentrumsportenbewegen.nl/beweegrichtlijnen/#br-overzicht
https://www.nhs.uk/live-well/exercise/physical-activity-guidelines-for-adults-aged-19-to-64/
Dementie is een uitdagende aandoening die niet alleen de patiënt zelf, maar ook hun families en verzorgers beïnvloedt. Naast medische bemiddeling is een gezond dieet van cruciaal belang om de algehele gezondheid en het welzijn van mensen met dementie te ondersteunen. In deze tekst kan je meer te weten komen over de rol van voeding en daarnaast bieden we praktische tips voor een optimaal voedingspatroon.
Voeding en hersengezondheid
Het verband tussen voeding en hersengezondheid is al langere tijd onderwerp van onderzoek. Het is van groot belang om voedingsmiddelen te selecteren die rijk zijn aan voedingsstoffen die de hersenfunctie ondersteunen. Omega-3 vetzuren, antioxidanten en vitamine B zijn bijzonder belangrijk. Denk hierbij aan vette vis, bessen, groene bladgroenten en volkoren producten.
Belang van hydratatie
Voldoende water drinken is niet alleen belangrijk voor het lichaam, maar ook voor de hersenen. Dehydratie kan cognitieve functies verminderen, wat vooral problematisch is bij mensen met dementie. Zorg ervoor dat de persoon regelmatig kleine slokjes water, koffie of thee drinkt gedurende de dag.
Aangepaste texturen en diëten
In latere stadia van dementie kunnen kauw- en slikproblemen ontstaan. Het aanpassen van texturen, zoals het serveren van gepureerd of zacht voedsel of vloeibare maaltijdvervangers, kan de eetervaring vergemakkelijken en zorgen voor voldoende voedingsinname.
Favoriete en vertrouwde voedingsmiddelen
Bij het samenstellen van maaltijden is het belangrijk om rekening te houden met de voorkeuren van de persoon. Het aanbieden van vertrouwde voedingsmiddelen en gerechten kunnen de eetlust bevorderen. Denk bijvoorbeeld aan gerecht dat doet denken aan vroeger, dit kan veel comfort bieden.
Eetomgeving
Creëer een rustige en aangename eetomgeving. Vermijd afleidingen zoals televisie en zorg voor voldoende tijd om te eten. Het handhaven van een regelmatig eetritme en het betrekken van de persoon bij het bereidingsproces kan ook positieve resultaten opleveren.
Raadpleeg een diëtist
Elke persoon met dementie is uniek, en hun voedingsbehoeften kunnen variëren. Een diëtist kan een op maat gemaakt voedingsplan ontwikkelen dat past bij de individuele behoeften en omstandigheden.
Het is belangrijk op te merken dat deze suggesties algemeen zijn en dat overleg met medische professionals essentieel is. Voeding speelt een algehele rol in het bevorderen van het welzijn van mensen met dementie, en met de juiste aanpak kunnen we hun kwaliteit van leven verbeteren. Neem bij vragen over voeding bij dementie contact op met een diëtist.
Laten we het hebben over het fenomeen dat de voedselwereld de laatste tijd flink opschudt: vleesvervangers. Wie had gedacht dat we ooit zouden praten over plantaardige burgers die ook nog eens lekker zijn?
Waarom vleesvervangers
Laten we beginnen met het milieu. Vleesvervangers hebben over het algemeen een aanzienlijk kleiner milieu-impact in vergelijking met echt vlees. Plus, een beetje variatie in ons dieet kan nooit kwaad. Vleesvervangers zijn een bron van eiwitten, B vitamines en ijzer. Dit alles is ook nodig om te voldoen aan een goede vleesvervanger.
Vleesvervangers zijn populair vanwege hun lagere ecologische voetafdruk in vergelijking met vleesproducten, evenals de gezondheidsvoordelen van het verminderen van de inname van dierlijke vetten. Ze bieden een veelzijdige en smakelijke keuze voor vegetariërs, veganisten en mensen die gewoon op zoek zijn naar afwisseling in hun dieet. Het assortiment aan vleesvervangers is in de loop der jaren sterk gegroeid, waardoor consumenten diverse opties hebben om te genieten van voedzame en smakelijke maaltijden zonder traditioneel vlees.
Gezondheid en vleesvervangers
Vleesvervangers zijn minder belastend voor het milieu dan echt vlees. Maar niet alle vleesvervangers voldoen ook aan de eisen van een goede vleesvervanger. Veel vleesvervangers bevatten te veel zout. De bovengrens van zout in vleesvervangers is 1,1 gram per 100 gram, vaak zitten ze hierboven. Maar je hoeft hierdoor vleesvervangers niet links te laten liggen, varieer tussen vleesvervangers en peulvruchten, linzen, eieren en ongezouten noten.
Verschillende soorten vleesvervangers
De verschillende soorten vleesvervangers. Tofu, seitan, tempeh zijn goede vleesvervangers daarnaast zijn er ook producten zoals plantaardige burgers. En al deze producten zijn niet alleen voor veganisten of vegetariërs. Sommige smaken zijn bijna niet van echt vlees te onderscheiden.
Populaire merken
Merken van vleesvervangers die veel te zien zijn in de supermarkten zijn: Beyond Meat, Quorn, Vegetarische Slager of Valess. Deze bedrijven hebben overeenkomende doelen maar proberen zich ook van elkaar te onderscheiden. Zo hebben ze bij Beyond meat het doel om grenzen van smaak te verleggen, bij Quorn richten ze zich op voedzame gerechten voor een groeiende wereld bevolking en bij Valess willen ze een smaakvolle reis voor iedereen.
Dus genoeg keus voor iedereen. Probeer eens een plantaardige burger op je grill, gooi wat tofu in je roerbakgerecht of voeg wat tempeh toe aan je salade. Experimenteer en ontdek wat je lekker vindt!
In de wereld van snelle maaltijden en gemakkelijk verkrijgbaar voedsel, is het begrip “bewerkte voedingsmiddelen” een term die steeds vaker opduikt. Maar wat betekent het eigenlijk? En waarom zouden we ons zorgen maken over de mate van bewerking van ons voedsel? Laten we dieper ingaan op de wereld van bewerkte voedingsmiddelen en waarom het belangrijk is om bewust te zijn van wat er op ons bord belandt.
Definitie van bewerkte voedingsmiddelen
Bewerkte voedingsmiddelen zijn producten die tijdens de productieprocessen substantiële veranderingen hebben ondergaan. Dit omvat vaak het toevoegen van ingrediënten, verwijderen van delen van het voedsel, of het ondergaan van technologische processen om de smaak, textuur, houdbaarheid of voedingswaarde te verbeteren.
Soorten Bewerkingen:
- Mechanische bewerking: Hierbij worden voedingsmiddelen fysiek veranderd, zoals het malen van graankorrels tot bloem.
- Thermische bewerking: Dit omvat het koken, bakken of stomen van voedsel.
- Chemische bewerking: Toevoegen van conserveermiddelen, kleurstoffen, smaakversterkers en andere chemische stoffen.
- Irradiatie: Het blootstellen van voedsel aan ioniserende straling om micro-organismen te doden.
Gevolgen van bewerkte voedingsmiddelen:
- Verminderde voedingswaarde: Bewerkingsprocessen kunnen leiden tot het verlies van essentiële voedingsstoffen zoals vezels, vitaminen en mineralen.
- Toename van toegevoegde suikers en zout: Veel bewerkte voedingsmiddelen bevatten overmatige hoeveelheden toegevoegde suikers en zout, wat kan bijdragen aan gezondheidsproblemen zoals diabetes en hypertensie.
- Conserveringsmiddelen: Hoewel ze de houdbaarheid verlengen, kunnen sommige conserveermiddelen en chemische toevoegingen gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.
Herkenning van bewerkte voedingsmiddelen:
- Lees de etiketten: Kijk naar de ingrediëntenlijst. Als deze lang is en veel onuitspreekbare namen bevat, is het waarschijnlijk sterk bewerkt.
- Minimale ingrediënten: Onbewerkte voedingsmiddelen herken je vaak aan dat ze een minimaal aantal ingrediënten bevatten.
Gezonde alternatieven:
- Verse Producten: Kies voor verse groenten, fruit, volle granen en onbewerkte eiwitbronnen.
- Zelf Koken: Het bereiden van maaltijden vanaf nul stelt je in staat om controle te hebben over wat je eet.
Ten slotte is bewustwording van wat we consumeren de eerste stap naar een gezonder voedingspatroon. Terwijl bewerkte voedingsmiddelen soms onvermijdelijk zijn, is het belangrijk om te streven naar een evenwichtig dieet met hoofdzakelijk onbewerkte, verse voedingsmiddelen. Door bewust te kiezen, kunnen we onze gezondheid positief beïnvloeden en de controle behouden over waar we ons lichaam mee voeden.